Interview met psychiater Ariette van Reekum
Ik heb veel gehad aan de netwerk rvb-kwadraat. De afkorting staat voor Raden van Bestuur voor Reductie van Bedden. Het was een beweging rond 2011 van bestuurders in de ggz die ambulantisering van hun instellingen voorstonden. De grondlegger en uitvinder van de Fact-teams Remmer van Veldhuizen was onze grote inspirator. Wij hielden elkaar op de hoogte van vorderingen en bespraken manieren om draagvlak te verwerven bij professionals en externe instanties.
Ggz ontbureaucratiseren
Aan het woord is psychiater Ariette van Reekum. Zij vormde sinds 2011 samen met Guus van Weelden de RvB van Breburg, een grote ggz-instelling in Breda en Tilburg. Op 11 september stopte zij daar. Van Reekum is de dochter van een van de eerste vrouwelijke artsen die actief waren binnen het KNMG bestuur. Die streed voor het recht op abortus en euthanasie. Dochter Ariette pakte ook tal van inhoudelijke onderwerpen op in haar eigen loopbaan. Ze streed als psychiater tegen zelfdoding en streefde naar nul-separaties van psychiatrische patiënten. Als bestuursvoorzitter omarmde zij de ont-bureaucratisering van de ggz. Zij zette zich in voor een veilige behandel- en werkomgeving voor cliënten en medewerkers. Tijdens het interview zegt ze ter loops: ik heb een slag in de rondte gewerkt hiervoor.
Van Reekum, professional en bestuurder
De loopbaan van Van Reekum startte op het UMC Utrecht. Die liep via Altrecht, Hofpoort ziekenhuis en forensische instelling Rosenburg te Den Haag naar Breburg. Nu verheugt zij zich erop om haar praktijk van psychiater weer op te pakken (“Mijn registratie heb ik niet laten verlopen!”) en toe te treden tot diverse inhoudelijke adviescommissies. Van Reekum publiceerde een afscheidsblog op de website van Breburg. Ik ga in het interview in op de ambulantisering van de ggz sinds 2012. Ik doe dat al voorbeschouwing op een congres daarover op 6 maart 2020. Het Trimbos Instituut en de Guus Schrijvers Academie organiseren dat.
Ik ben verrast dat het initiatief voor de ambulantisering zo sterk lag bij de Raden van Bestuur.
In de ggz werkten vele leden van Raden van Bestuur eerst als hulpverlener. Ik ben een van hen. Je hebt al geïnterviewd mijn collega’s Jeroen Muller uit Amsterdam en Adriaan Janssen uit Leeuwarden: beiden begonnen in de patiëntenzorg. Zo zijn er velen. Dat professionele voortraject heeft twee voordelen voor ggz-bestuurders: zij hebben eigen ervaren met patiëntenzorg. En bij de professionals aan wie zij leiding geven, hebben zij eerder gezag. In ons RVB-kwadraat netwerk was ambulantisering vanzelfsprekend. Dat kwam door eigen ervaringen van de netwerkleden.
Wat ging goed met de ambulantisering in Breburg?
Breburg had van ouds niet zo veel bedden zoals in Oost Brabant. Die beddenreductie viel voor ons wel mee. En verder, toen ik kwam was de fusie van de ggz instellingen in Tilburg en Breda al afgerond. We hadden energie voor inhoudelijke vernieuwing.
Ambulantisering is in Breburg niet alleen het geografisch verplaatsen van patiënten en zorg. Het gaat ook om het re-integreren van cliënten in de maatschappij en om het stimuleren van zelfredzaamheid. Een groot deel van mijn carrière werkt ik in de Randstad. De professionals in Brabant heb ik ervaren als veel bescheidener. Zij ventten hun prestaties minder uit. Als bestuursvoorzitter hoefde ik in Breburg niet te trekken aan de ambulantisering. Medewerkers hadden al veel passie, vakbekwaamheid en plezier om daaraan te werken. De FACtteams stonden bij mijn komst al goed in de steigers. De samenwerking van Indigo en Breburg rond de basis-ggz kwam al goed op dreef.
Beschermd wonen zat ook bij Breburg, was dat van belang?
We konden voor mensen met ernstige psychiatrische aandoeningen (EPA’s) in het psychiatrisch ziekenhuis iets makkelijker vervangende woonruimte realiseren , omdat Breburg ook beschermd wonen aanbiedt. Wij waren ook een Regionale Instelling voor Beschermd Wonen (RIBW). Daardoor was bij ons regie op de uitstroom van patiënten mogelijk. Er was een zekere continuïteit van zorg.
Wat kon beter?
De Clliëntenparticipatie had beter gekund. Er bestond veel ambivalentie over ambulantisering bij patiënten en familie. Er waren veel vragen bij hen, zoals: Is dit niet gewoon een bezuinigingsoperatie? Lopen jullie niet achter een ideologie aan? We hadden meer tijd moeten nemen om patiënten en familie bij het substitutiebeleid te betrekken. Pas later bleek dat ambulantisering ook gunstig uitpakt voor zeer ernstige patiënten, voor patiënten de al opgegeven waren.
Volwaardig burgerschap, dat is het doel
Wellicht zag ik na een paar jaar de ambulantisering toch als een doel op zich. Dat is niet juist, het is en blijft een middel. Het realiseren van volwaardig burgerschap is het doel van ambulantisering. Steeds moet duidelijk zijn bij patiënten en familie wat de oogmerken zijn van beleid.
Randvoorwaarden moeten goed zijn
Als bestuursvoorzitter had ik veel te maken met randvoorwaarden voor goede, ambulante ggz. Jeroen Muller en Adriaan Janssen gingen hier in hun interviews ook al op in. Ik som nog even op: Voldoende, vakbekwame professionals; een betaling van de ggz die vernieuwing stimuleert; inspirerende samenwerking met andere zorgaanbieders zoals huisartsen, acute zorg, Jeugdhulpverlening, sociale wijkteams: goede afspraken met instanties voor huisvesting en uitkeringen en met politie en justitie.
Herinrichting Jeugdpsychiatrie ging verschrikkelijk mis
Het is verschrikkelijk misgegaan met de inrichting van de jeugdpsychiatrie en de jeugdzorg. De intenties van Tweede Kamer, VWS en Zorgverzekeraars waren best goed. Maar de vertaling van die intenties in wetten en regels is mislukt. Centraal hadden de volgende vragen moeten staan: wat is het belang van het kind met psychische problemen? Welke hulpverlening verliep anno 2015 goed en welke kon beter? Hoe krijgen wij samenwerking van de grond tussen sociale wijkteams, gespecialiseerde jeugdzorg, jeugdartsen, huisartsen, kinderartsen en kinderpsychiaters? En verder, achter een ideologie aanlopen is altijd verkeerd. Ik ben ook tegen medicalisering van de ggz. En toch, af en toe heeft de ggz ook medicatie nodig. Kortom, ik hoop dat jullie congres ook aandacht besteedt aan de jeugd-ggz.
Gele hesjes
De ambulantisering sinds 2012 was een netwerkbeweging: professionals en rvb’s in verschillende regio’s leerden veel van elkaar. De vernieuwing hoefde niet binnen één regeerperiode van vier jaar te worden gerealiseerd. De ambulantisering startte in 2012 met het hoofdlijnenakkoord. Daarin stond het doel omschreven van dertig procent minder bedden in 2020. Dat is bereikt. Er is nu tijd voor nieuw beleid.
Dat nieuwe beleid heeft alleen draagvlak als beleidsmakers luisteren naar cliënten en professionals. Ik zie in de zorg maar ook in het onderwijs en in de landbouw groepen ontstaan die lijken op de mensen met gele hesjes in Frankrijk: Alleen als ze de straat opgaan, krijgen ze aandacht van beleidsmakers. Kan jullie congres ook aandacht besteden aan het tijdig opvangen van beleidssignalen en het goed terugkoppelen van de eigen beleidsoogmerken naar cliënten en professionals?