Corona en ouderen: Denemarken deed het anders. Ook beter?

Op het congres Ouderenzorg thuis, eerste lijn en corona Ouderenzorg thuis, eerste lijn en corona  6 november spreekt de Nederlandse  hoogleraar Rudy Westendorp, gespecialiseerd in de ouderenzorg en werend in Kopenhagen. Wat valt op in Denemarken als het gaat om corona? Is de inrichting van de zorg van invloed op het corona-beleid en de resultaten. Westendorp heeft aan aantal bevindingen en opmerkingen, die hij via een video-verbinding op 6 november zeker gaat toelichten en bespreken. Hieronder een selectie.

Oversterfte ontbrak in Denemarken

De oversterfte in Nederland was van een gelijke orde als die in België, Frankrijk, Italië en Zweden, maar minder dan in Spanje en het Verenigd Koninkrijk. In Denemarken en Noorwegen, maar ook in Oostenrijk en Griekenland kwam oversterfte niet voor. Circa de helft van de overleden aan COVID-19 besmetting woonde in een verpleeghuis. Dit aandeel wisselt sterk tussen landen; het was circa 80% in Canada, 50% in Nederland en 30% in Denemarken.

Testen gaat goed dankzij samenwerking van laboratoria

Denemarken kent een hoog aantal afgenomen tests. De daarvoor benodigde capaciteit is voor een deel opgebouwd met een gecoördineerde actie van de bestaande diagnostische laboratoria. Daarnaast zijn nieuwe, tijdelijke laboratoria ingericht met aanzienlijke financiële donaties van lokale fondsen voor onderzoek en innovatie. Er bestaat onder burgers en professionals een grote bereidheid om zichzelf te testen. De overheid speelt hierop in door te wijzen op de maatschappelijke verantwoordelijkheid van burgers.

Een nationaal EPD

Denemarken wordt gekenmerkt door een groot aantal nationaal dekkende registraties waar de (gezondheids-) toestand vaak afgenomen van haar burgers, professionals, en alle zorginstellingen nauwkeurig zijn vastgelegd. Dit geldt voor de ‘cure’ zowel als voor de ‘care’. Daarmee was een ‘dashboard’, een nationaal EPD, en een overzicht van de bezetting in zorginstellingen van meet af aan beschikbaar.

Grote verpleeghuizen ontbreken

Er is een centrale registratie van de cliënten en professionals in de langdurige zorg;

Er zijn vrijwel geen grote institutionele instellingen voor verpleeghuiszorg: de overgrote meerderheid van de zorgbehoeftige personen woont beschut, beschermd, of ondersteund thuis, al dan niet in clusters van woningen/appartementen die lokaal in de wijk zijn geïntegreerd;

De gemeentelijke overheid is integraal verantwoordelijk voor de uitvoering van de langdurige zorg van haar inwoners. Er kan en wordt – binnen de landelijke en of wettelijke kaders – lokaal beleid gevoerd. Er is een algemene landelijk vastgestelde richtlijn voor het bezoek aan kwetsbare en of oude personen. Medewerkers in de langdurige zorg zijn in het algemeen hoog opgeleid en hebben de mogelijkheid om zich op eigen initiatief te laten testen op COVID-19 (zie boven).

Lichte en kortdurende lockdown

de regering besloot om de kinderopvang en scholen na een kortdurende sluiting te heropenen. Dit ging niet gepaard met een opvlamming van de epidemie. Het maakt ook dat de interactie tussen de jongere en oudere generaties zich grotendeels beperkt tot gewenste, familiale interacties. Deze cultuur beschermt tegen een snelle overdracht van het virus tussen de jongere weinig vatbare, en oudere kwetsbare generaties. 

Congresagenda

Ouderenzorg thuis, eerste lijn en corona , dat is de titel van het congres dat op 6 november plaatsvindt in Stadion Galgenwaard te Utrecht.  Vele actuele onderwerpen komen aan de orde waaronder het coronabeleid in Nederland vergeleken met dat in Denemarken.  Wil jij in één dag je kennis verruimen, je inzichten aanscherpen of nuanceren, je ervaringen delen met collega’s? Klik dan hier, lees de brochure en meld je aan.  

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *