Door Carin Littooij, huisarts.
In januari van dit jaar publiceerden Huisartsen Chief Medical Information Officers, verenigd in het CMIO Netwerk Eerste Lijn hun manifest IT in de huisartsenzorg met als samenvatting dat een forse versnelling van digitale informatie-uitwisseling cruciaal is om de huisartsenzorg betaalbaar en toegankelijk te houden Als oud bestuurder bij de Landelijke Huisartsen Vereniging met acht jaar ICT in portefeuille (2013-2021) was auteur Carin Littooij blij en bezorgd toen zij het manifest het las.
Blij en bezorgd
Blij was ik, omdat 41 zeer kundige huisartsen met extra kennis van zaken van informatietechnologie(IT) en innovatie zich hebben verenigd in een netwerk en zich inzetten om hun ideeën voor het betaalbaar en toegankelijk houden van de huisartsenzorg op een rij te zetten en meetbare doelen daarvoor te formuleren.
Bezorgd omdat dit manifest nodig is om betrokken partijen (politiek, Patiëntenorganisaties, koepels , leveranciers en de huisartsen zelf) wakker te schudden. Wat hadden we, wat had ikzelf ook anders kunnen doen om de LHV-NHG-InEen ICT visie uit 2018 in nauwe samenwerking met NedHis uit te voeren?
Het manifest maakt namelijk duidelijk dat er meer vaart in de digitale ontwikkelingen moet komen. Met name de ondersteuning in het dagelijkse proces van de huisarts en het huisartsen team kan nog flink verbeteren. Daarmee maakt het ook duidelijk dat we als huisartsensector zelf nog meer het stuur moeten pakken bij onze eigen ICT.
Toen en nu
Van oudsher hebben huisartsen een goede naam op het gebied van automatisering in de praktijk. Als eersten wisten ze met de ontwikkeling van de HISSEN hun praktijkvoering zowel qua organisatie als op inhoud en verslaglegging te verbeteren en te automatiseren. Huisartsen zijn immers gewend om snel en flexibel te kunnen schakelen als het nodig is. Die regie op de eigen ICT was vroeger, in de voorlopersrol, wel beter te organiseren dan in het huidige complexe ICT landschap. In aanvang moest de ICT immers alleen voor in de (eigen) spreekkamer geregeld worden. Nu liggen er veel meer issues juist op samenwerkings-/uitwisselvlak. Daar zijn dus (veel) meer partijen betrokken en de vraag is daarbij ook wie dan waar over gaat. Er is immers niets zo weerbarstig als grote IT projecten waarbij veel landelijke partijen betrokken zijn en veel verschillende belangen een rol spelen.
Nu de benodigde snelheid voor doorontwikkeling in IT projecten en de innovatie in het gedrang komt, komt het aan op goede haalbare plannen, leiderschap, governance en daadkracht voor de komende periode. De CMIO’s stellen een vijf jaarstermijn voor het behalen van de doelstellingen in het manifest. Die doelstellingen beschrijven daarbij wel het wat, maar niet hoe een en ander bereikt zou kunnen worden. Dat moeten de betrokken partijen maar bekijken.
Een zijstapje
Het blijft voor mij fascinerend waarom de banken wel een volledige digitalisering in hun domein hebben kunnen bewerkstelligen( inclusief uitwisseling van gegevens) daar waar het de zorgpartijen tot op heden niet is gelukt. Zelfs de fax is tot op heden nog niet uit de onderlinge communicatie en informatievoorziening verdwenen. Hier lijkt leren van de geschiedenis bij de banken heel kansrijk terwijl we ook oog moeten hebben waarom de fax er nog steeds is. Is dat gewenning of is er gewoon nog geen gemakkelijk, passend en goed in het HIS ingebouwd alternatief?
Dichter bij huis is ook het VIPP versnellingsprogramma OPEN in de eerste lijn voor een groot deel een succes gebleken. Wat zijn de kritische succes factoren geweest en wat kunnen we daar voor het grotere IT-en-Innovatieplaatje van leren?
Lessons Learned OPEN en de organisatie ervan
Bij OPEN was en is sprake van een sterke gezamenlijke ambitie voor een project met strakke tijdslijnen. De urgentie die daaruit volgt tezamen met de beschikbare benodigde financiering hielp om met tastbare resultaten per deadline te komen. De huisartsenkoepels (LHV, NHG en InEen) hebben daarnaast ook voor een eigen portfoliomanagement gezorgd om IT ontwikkelingen te prioriteren en te agenderen. Tezamen met de oprichting van Stichting Legio hebben we als huisartsen nu een eigen IT uitvoeringsorganisatie. Wat beter had gekund de afgelopen jaren was dat belangen niet altijd goed op tafel kwamen en dat de samenwerking soms meer afhing van personen dan van een duidelijke governance structuur. Ook blijkt dat de drie koepels wel vele agenda’s en ambities op IT en innovatiegebied hebben, maar dat de samenhang en de versnelling in het uitvoeren ervan niet of in ieder geval onvoldoende zichtbaar is.
Toekomst
Het lijkt onontkoombaar dat er verder verstevigd moet gaan worden in de governance structuur rondom de IT in de huisartsenzorg. Dat zou kunnen door het eigen portfoliomanagement en de eigen uitvoeringsorganisatie (Legio) verder uit te bouwen en door te ontwikkelen. Een organisatie die zorgt voor de uitvoering van de visie van de koepels en het CMIO manifest, inclusief het beleid en de strategie die nodig is om dat te bereiken. Met een eigen mandaat en duidelijk leiderschap, met medeneming van de belangen van de afzonderlijke koepels. Waarbij het IT en innovatie beleid voor de gehele huisartsenzorg in samenhang wordt bepaald. De banken konden het, de huisartsen kunnen het dan zeker ook!
Noodzakelijk hiervoor is dat in het komend integraal zorg akkoord dat de landelijke partijen binnenkort gaan sluiten voldoende middelen voor organisatie én implementatie van de IT en innovatie projecten worden opgenomen. In de huidige tijd behoort goede IT bij de basis van goede zorgverlening. Daar hebben we als huisartsen nu achterstallig onderhoud te plegen. Die financiële ruimte is er want er is al jaren een onderschrijding van het budgettaire kader Huisartsenzorg. Laten we ons nu met elkaar inzetten voor een inhaalslag en zorgen dat de doelstellingen genoemd in het manifest gehaald gaan worden.
Kortom
Over vijf jaar zou iedereen moeten kunnen zeggen: weet je nog, hoe houtje-touwtje en versnipperd de IT in de huisartsenzorg een poos is geweest? Wat hebben de huisartsen hun slagkracht en vermogen tot innovatie goed gebruikt, zoals altijd als het noodzakelijk is voor het vak en de instandhouding van hun kernwaarden. En toen het nodig was herschiepen ze ook hun eigen organisaties en werkwijzen met de IT om de noodzakelijke veranderingen in gang te zetten. Zodat ze optimaal gebruik konden blijven maken van alle mogelijke digitale informatie uitwisseling. En nog altijd kunnen blijven doen waarvoor ze er zijn: goede huisartsenzorg aan hun patiënten verlenen!
Huisartsen hebben in het verleden laten zien dat ze dat kunnen, dat kunnen ze in de toekomst weer!