Drie voorstellen om langdurige zorg te verbeteren

Drie voorstellen voor de inrichting op lange termijn van de Nederlandse langdurige zorg, gebaseerd op de aanpak in België en goede voorbeelden aldaar.

Een Vlaams verpleeghuis biedt tegen een dagprijs huisvesting plus hygiënische zorg aan. Onder dit laatste vallen wassen en aankleden van de cliënt en schoonhouden van de woonunit. Cliënten betalen deze diensten uit eigen zak. Tenzij zij niet genoeg geld beschikbaar hebben. Dan springt (zeg maar) de sociale dienst bij. Ter bepaling van de gedachten: in grote steden is de dagprijs circa 60 euro ofwel 1.800 euro per maand. Ik vernam dit na een voordracht bij een Vlaamse organisatie voor ouderenzorg.

Persoonsvolgende financiering

Medisch Specialistische zorg, huisartsenzorg en medicatie worden voor Vlaamse verpleeghuisbewoners betaald door ziekenfondsen. Paramedische zorg, verpleging en revalidatie krijgen geld uit de PVF: Iedere Vlaming kent deze afkorting inmiddels. Die staat voor Persoonsvolgende Financiering. De uitvoering van de PVF berust bij het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH). Ik schreef hierover al eerder.

Puntensysteem

De PVF berust op een verpleegplan tussen cliënt en indicatiesteller van de VAPH. Daarin staat over hoeveel uren zorg cliënten per week kunnen beschikken. Die uren hebben in eerste instantie een prijs in punten: zo is één uur van een hoog geschoolde verpleegkundige meer punten waard dan van een lager geschoolde. Jaarlijks bepaalt het VAPH een prijs per punt.

Rugzakje

Met het indicatiebesluit van de VAPH kunnen cliënten gaan shoppen bij verschillende rust- en verpleeghuizen. VAPH medewerkers spreken over het rugzakje. Mensen die thuis wonen kunnen ook een Persoonsgebonden Budget ontvangen op hun bankrekening in plaats van een indicatie in punten. De PVF loopt goed in Vlaanderen en wordt regelmatig geëvalueerd.

Lessen voor Nederland

Bovenstaand verhaal levert een drietal voorstellen op over de inrichting op lange termijn van de Nederlandse langdurige zorg:

1. Verder scheiden van wonen en zorg
De Vlaamse rusthuizen krijgen apart geld voor het wonen en de zorg. In de Nederlandse langdurige geestelijke gezondheidszorg en gehandicaptenzorg bestaat dit model ook. Daar ontvangen Regionale Instituten voor Beschermd Wonen apart geld voor wonen, verzorging en begeleiding. Veelal betalen gemeenten hiervoor. De rol van huisartsen, psychiaters of artsen gehandicaptenzorg is gericht op diagnostiek, behandeling, medicatie voorschrijven en handelend optreden bij plotselinge verergering van het ziektebeeld. Soms komen zij naar de woning en soms gaan de cliënten naar hun praktijk. De artsen worden betaald uit de Zorgverzekeringswet en soms uit de Wet Langdurige Zorg. Deze vorm van scheiden van wonen en zorg bestaat niet binnen de ouderenzorg, hoewel deze in Vlaanderen en buiten de ouderenzorg wel goed werkt. Laat Nederland beschermd wonen voor ouderen uittesten. Dit is mijn eerste voorstel.

2. Maatwerkindicatie en persoonsvolgende financiering
Betaling van langdurige zorg vindt in Nederland plaats op basis van zorgzwaartepakketten (ZZP’s) en niet op basis van een individueel zorgplan opgesteld door professional en cliënt zoals in Vlaanderen. Reeds bij invoering in 2005 van de zorgzwaartepakketten kwam dit als probleem naar voren: ZZP’s staan haaks op zorg-op-maat. In februari 2017 vond de meest recente discussie hierover (in vakjargon: maatwerkindicatie) plaats in de Tweede Kamer. In december hebben de nieuwe bewindspersonen de ontwikkeling van dit maatwerk stopgezet.

PGB-houders

Mijn voorstel sluit aan op het gedachtegoed van Per Saldo, de vereniging van Persoonsgebonden-budgethouders. Zij stelt het volgende: ‘Maatwerk dient altijd uitgangspunt te zijn bij mensen met een zorgvraag. Juist mensen met een zorgvraag die niet past in de gebruikelijke ZZP worden hiermee geholpen. Dat betekent een deskundige, onafhankelijke en integrale maatwerkindicatie. Bovendien dient indicatiestelling goed aan te geven welke ontwikkelmogelijkheden er zijn – hoe klein dan ook – en welke in te zetten zorg wel of geen behandeling is.’

Experiment

Dergelijke maatwerkindicatie is gemakkelijk om te zetten in een puntenbudget zoals in Vlaanderen en maakt persoonsvolgende financiering mogelijk. Ik begrijp dat de nieuwe bewindspersonen niet staan te trappelen om de ZZP’s in één keer te vervangen door maatwerkindicatie en persoonsvolgende financiering. Maar mogen partijen wel een innovatie hiermee uittesten in de komende vier jaar? Zou een zorgverzekeraar als Zilveren Kruis zo’n experiment kunnen oppakken?

3. PGB uitsluitend voor diegenen die alleen thuis wonen
Het persoonsgebonden budget houdt een aantal zorgaanbieders overeind die zorg-in-natura leveren. Ik denk hierbij bijvoorbeeld aan de Focuswoningen en de Thomashuizen. Zij ontvangen het PGB voor de bij hen wonende cliënten die verplicht hun budget bij hen besteden. Dat leidt tot onduidelijkheid over verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de geleverde langdurige zorg: is dat de cliënt of de instelling? En bij gedwongen winkelnering (de verplichting om bij een bepaalde aanbieder zorg in te kopen) blijft er niet veel over van het idealistische begrippen als eigen regie en eigen bestedingsruimte van budgethouders.

Eerste stap

Persoonsvolgende financiering op basis van een puntenbudget is hier op zijn plaats. Daarmee kunnen Thomashuizen en Focuswoningen uit de voeten, evenals alle andere reguliere zorgaanbieders. Het PGB is dan alleen beschikbaar voor wie individueel zelfstandig blijft wonen. Een eerste stap zou kunnen zijn om nieuwe PGB’s voortaan alleen toe te wijzen aan nieuwe cliënten die thuis wonen. PGB-houders die al jaren via een van de genoemde huizen of kantoren zorg ontvangen, krijgen een aanbod om over te gaan op persoonsvolgende financiering.

Van discussiepunt naar speerpunt

In 2017 verschenen kwaliteitsdocumenten voor de langdurige geestelijke gezondheidszorg, de gehandicaptenzorg en de ouderenzorg. Zij komen uitvoerig aan bod tijdens een congres in Utrecht op 15 maart. Gemeenschappelijk in die documenten staat het begrip lerende organisatie. Hoe kunnen professionals op de werkvloer reflectie organiseren op de aangeboden zorg en van elkaar leren? Dat samen leren dient in de plaats te komen van registratie en controle op basis van indicatoren.

Pilots

Bij samen leren gaat het ook om het uittesten in pilots van bovengenoemde drie voorstellen. Ik beoog daarmee bij te dragen aan de bekende Triple Aim in de zorg: 1. Gezondheidsbevordering 2. Verhoging kwaliteit van zorg en 3. Verbeteren van de doelmatigheid van de zorg.

Zorgvuldig en geleidelijk

Voordat de drie voorstellen speerpunten van beleid van de regering kunnen worden dienen pilots, evaluatie en maatschappelijke discussie erover plaats te vinden. Invoering van de voorstellen in het gehele land dient geleidelijk aan te gebeuren, bijvoorbeeld in een periode van acht jaar. Alleen dan zijn transformaties mogelijk die ook rekening houden met het goede dat in het verleden is gerealiseerd.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *