Door Inge Beers, projectleider Transmuraal Stoppen met rokenproject Almere en Michael Brouwer, Kaderhuisarts GGZ.
Roken: naast schadelijk ook erg verslavend
24 november 2021. Roken leidt tot veel gezondheidsschade. Dit betreft zowel ziekte als sterfte, er zijn circa 20.000 tabak-gerelateerde sterftegevallen per jaar. Tabak is naast schadelijk ook verslavend. Dit is toe te schrijven aan de verslavende effecten van nicotine op het centrale zenuwstelsel. De NHG-behandelrichtlijn stoppen met roken geeft richtlijnen voor de aanpak van stoppen met roken in de huisartsenpraktijk. De richtlijn stelt dat met een standaard intensieve interventie, inclusief medicamenteuze ondersteuning, stoppercentages van circa 20% te behalen zijn. Dit resultaat is beter dan onbegeleid stoppen met roken waar slechts 10% van stoppogingen slaagt. Toch vinden wij het resultaat ook mager, voor een verslaving die immers zo veel voorkomt – er zijn 3,5 miljoen rokers- en die gepaard gaat met zoveel gezondheidsschade. Een resultaat dat ruimte laat voor verbetering. Bekend is immers dat de succeskans van een rookstopbegeleiding groter is naarmate deze intensiever wordt ingezet. Deze uitgangssituatie prikkelde ons om onze zorg te veranderen.
Intensievere rookstopzorg in Almere
Bij Zorggroep Almere bieden we sinds 2019 intensievere rookstopzorg. We maakten bij het ontwikkelen hiervan gebruik van landelijke voorbeelden van succesvolle rookstopzorg. Vooral zijn wij onder de indruk geraakt van de werkwijze van de rookstoppoli van het Rode Kruis Ziekenhuis in Beverwijk, opgericht door longartsen en coryfeeën De Kanter en Dekker. Zij ontwikkelden een intensieve rookstopzorg die specifieker aangrijpt op het verslavingsaspect van roken. Met deze methode behalen zij in de rookstoppoli goede resultaten. Geïnspireerd hierdoor hebben we in Almere eerstelijns rookstopzorg ontwikkelend, grotendeels geschoeid op leest van deze methode met daarbij een invulling meer passend bij de eerste lijn. Deze nieuwe, intensieve rookstopzorg zijn we eind 2019 gestart. Onze zorg kenmerkt zich door meer lengte in begeleidingsduur en meer breedte in begeleidingsaanbod.
Langere begeleidingsduur
De Almeerse rookstopzorg begint met het aansturen op een actievere voorbereiding van de patiënt. We vragen deelnemers te anticiperen op diens stoppen met roken door het boek Nederlands stopt! Met roken te lezen, geschreven door De Kanter en Dekker. Dit boek leert de lezer hoe tabaksverslaving in elkaar steekt en hoe je kunt afrekenen met lichamelijke en geestelijke verslaving. Wij vragen de patiënt die wil stoppen met roken, naast het lezen van dit boek ook een stoppenstappenplan in te vullen. Dit plan maakt duidelijk waarom iemand wil stoppen met roken en toont ook waarom iemand juist toch nog rookt. Na deze actieve voorbereiding is de deelnemer meer bewust over de redenen van het tabaksgebruik en van motieven en methodes om te stoppen. Zo is de weg gebaand voor een effectievere begeleiding -daarover zo meer. Na een begeleiding die tot stoppen heeft geleid zetten we in op nazorg. Daartoe bieden we de optie van terugvalpreventiegroepen aan alle recent gestopte rokers aan. Het grootste risico bij een geslaagde stoppoging is immers terugval in gebruik en met nazorg zetten we in op minder terugval.
Breder begeleidingsaanbod
Naast een langere begeleidingsduur kenmerkt onze rookstopzorg zich door een breder aanbod van behandelaars. Regiebehandelaars zijn en blijven de POH-somatiek/ rookstopcoaches, die geregistreerd zijn in het kwaliteitsregister van KABIZ en geschoold in onze nieuwe rookstopzorg. Naast deze begeleiders zijn in ons zorgprogramma getrainde POH-GGZ inzetbaar. Zij kunnen worden ingezet in geval van psychische co-morbiditeit en/of bij hardnekkige verslaving. Inzet van GGZ-professionals bij verslaving ligt voor de hand. Verslavingsbehandelingen van andere genotsmiddelen worden in Nederland doorgaans zelfs uitsluitend door GGZ-hulpverleners verleend. Tijdens de begeleiding van POH-GGZ is ook de inzet van e-health een versterkende optie.
Resultaten van nieuwe rookstopzorg
Twee jaar na de start van onze nieuwe rookstopzorg zijn de eerst resultaten hiervan bekend. Over de gehele zorggroep blijkt een effectiviteit van 26-42% blijvend gestopt, gemeten een jaar na inzet van onze rookstopzorg. De brede onzekerheidsmarge komt doordat van niet alle rookstoppers volledige follow up data beschikbaar bleken. Cijfers van een gezondheidscentrum waarvan wel optimale follow up data bekend zijn tonen een slagingspercentage van 42-46% , bij ruim 100 deelnemers. Dit laat zien dat onze rookstopzorg effectiever is dan de 20% succes bij “care as usual” behandeling.
Voorwaarden voor het realiseren van nieuwe rookstopzorg
Het ambitieuze en innovatieve zorgprogramma zelf is uiteraard een belangrijk ingrediënt. Daarnaast was de inzet van beleidsmakers van de zorggroep belangrijk, vanuit de projectgroep waren zij het die het project hebben getrokken en geborgd. Andere voorwaarden voor realisatie van deze zorg zijn de beschikbaarheid van toegeruste professionals die de rookstopzorg kunnen bieden en samenwerking met externe partners. Vanuit de projectgroep is het zorgpad stoppen met roken in de eerste lijn ontwikkeld en geïmplementeerd. Door goede samenwerking met de longartsen van het Flevoziekenhuis en de wederzijdse behoefte om gezamenlijk op te trekken in de stoppen-met-rokenzorg is het eerstelijns zorgpad inmiddels getransformeerd tot een transmuraal zorgprogramma.
Transmurale zorg Almere breed
Uitgangspunt hierbij is juiste zorg op de juiste plaats. Patiënten bij wie tijdens hun behandeling in het ziekenhuis rookstopzorg is overeengekomen en die hiervoor gemotiveerd zijn, worden voor ongeveer 80% vanuit het ziekenhuis middels een warme overdracht verwezen naar eerstelijns rookstopzorg. Daarnaast heeft het ziekenhuis een eigen rookstoppoli ontwikkeld die werkt op exact dezelfde basis. Hier wordt rond 20% van in het ziekenhuis geïndiceerde patiënten behandeld, dit zijn de meer ziekenhuis gebonden patiënten. Het Flevoziekenhuis heeft een preventieloket ingericht om de zorg uit te zetten en de verdeling tussen de eerste en tweede lijn in goede banen te leiden. Inmiddels telt Almere 32 rookstopcoaches, waarvan vier werkzaam in de tweede lijn.
Borging van de vernieuwde zorg
De projectgroep zorgt ervoor dat de rookstopzorg goed op de agenda staat. Zo zijn er al verschillende scholingen en bijeenkomsten georganiseerd voor rookstopcoaches en POH-GGZ. De kaderarts GGZ bezocht alle huisartsenpraktijken van Zorggroep Almere om de nieuwe rookstopzorg te bespreken. Daarnaast bezoekt deze ook alle overige, vrijgevestigde huisartsen van Almere om ook daar het programma onder de aandacht te brengen en te implementeren.
Het monitoren van effecten is cruciaal. Hiertoe ontwikkelden we een digitaal dashboard. Dit toont nu al duidelijk effecten. De praktijken die al volledig met de nieuwe werkwijze werken zien hun succescijfer stijgen. Dat werkt niet alleen voor de deelnemers aan het programma positief, maar is ook heel motiverend voor de rookstopcoaches.
Samenwerking over de hele stad en toekomstige ambities
Om de Almeerse rookstopzorg goed op de kaart te zetten hebben we verdere samenwerking gerealiseerd: o.a. met de gemeente Almere, een welzijnsorganisatie, een verslavingsinstelling en de GGD. De samenwerking in een netwerk mondde uit in bijvoorbeeld het opnemen van 4 filmpjes, gericht op aanpak van roken bij de jeugd. Tijdens Stoptober werden deze filmpjes afgespeeld in de wachtkamers van het Flevoziekenhuis, huisartsenpraktijken en bij de andere partners. Ook hebben we de filmpjes naar de Almeerse scholen gestuurd. Vanuit het Netwerk hebben we het initiatief genomen om stoeptegels met opdruk “Rookvrije Generatie” te plaatsen bij de ingangen van gezondheidscentra, gemeentehuis en ziekenhuis. De gemeente heeft hiervoor de financiering voor rekening genomen. Het is het ook mogelijk om subsidie bij de gemeente aan te vragen voor projecten die verder in het kader van het lokaal preventieakkoord worden gestart.
We zijn er nog lang niet. Nog steeds rookt 21% van de Nederlandse bevolking. We hebben dus nog een weg voor ons. We hebben niet de illusie dat alle rokers het roken opgeven, maar ambitie hebben we wel. De Almeerse rookstopzorg werkt. Op naar minder dan 10% rokers in 2030!
Had al eerder gehoord van deze duurzame aanpak met meer kans om echt rookvrij te blijven. Vraag me af: wat is de rol van de zorgverzekeraar hierin? Hoe wordt deze vorm van rookvrij worden en blijven gefinancierd? Zorgverzekeraars hebben
contracten met huisartsen en grote aanbieders van stopzorg maar die is afgebakend voor een stoptraject van max 3 maanden. En de vergoedingen variëren van rond de 100 euro (traject huisarts) tot 400/500 euro voor een groepstraining. Langduriger traject wordt nog niet vergoed toch?
Een goede en terechte vraag. Immers om het betere resultaat van deze intensieve rookstopzorg te oogsten is het nodig er meer tijd in te steken, vooral van de kant van de POH-somatiek/rookstopcoaches. In oorsprong is dit project louter vanuit ideëel oogpunt gestart: onze wil om te onderzoeken wat nodig is om meer patiënten blijvend van het roken af te helpen. Nu onze methode ook daadwerkelijk succesvol blijkt is het gepast om te bezien of hier een ander beloningstarief voor past. Zorgverzekeraars Nederland is bij herhaling met ons in contact vanuit hun interesse in de aard en de resultaten van onze rookstopzorg. ZN gaf onlangs aan bezig te zijn met de gedachtenvorming omtrent een passender beloning bij de inzet van meer intensieve rookstopzorg. Het Trimbos instituut is daarnaast bezig met het vaststellen van indicatoren voor de inzet van intensievere rookstopzorg. De Almeerse rookstopzorg staat bij het Trimbos instituut sterk in de belangstelling en zal ook leiden tot een beschrijving van de Almeerse rookstopzorg en publicatie daarvan.