De cijfers die het RIVM dagelijks bekend maakt bereikten op 28 mei hun tot nu toe laagste punt: zeven ziekenhuisopnames, vijftien mensen overleden en 190 nieuwe besmettingen met positieve test. Dat kunnen de ziekenhuizen nu gelukkig heel goed aan. De overheid laat nu de teugels vieren. Nederlandse ingezetenen kunnen vanaf 1 juni gelukkig weer bij elkaar op bezoek, naar het restaurant, de schouwburg, film en het museum. Per 1 juli ook naar de sauna en de sportschool en mogelijk zelfs weer naar het buitenland op vakantie. Gelukkig: de crisis is voorbij. ‘Back to normal.’ ‘Dat hebben we weer gehad.’ Niets is minder waar.
Het duurt nog 18 tot 24 maanden
Burgemeester Halsema van Amsterdam is de enige bestuurder die ik in het openbaar (op 3 mei bij Op1) heb horen zeggen, dat we nog wel 18-24 maanden te maken hebben met ingrijpende maatregelen: zeker niet ‘back to normal’, helaas.
De crisis is niet voorbij, het coronavirus is er nog en we weten dat het aantal besmettingen exponentieel toeneemt als het maar even de kans krijgt. Dat hebben we gezien aan de brandhaarden in februari en maart.
De tweede golf
Als dat onverhoopt weer zou gebeuren, met name als we binnenshuis weer in groepen bij elkaar gaan komen (‘2e golf’) zijn we veel verder van huis: de eerste crisis hebben de ziekenhuizen met grote inspanning kunnen opvangen. Zouden ze dat weer kunnen? Artsen en verpleegkundigen zijn extreem zwaar belast geweest, fysiek en emotioneel, en zij zijn hiervan nog lang niet bijgekomen. Bovendien hebben we nu ook nog dat stuwmeer van uitgestelde reguliere zorg. En wat te denken van de gevolgen voor verpleeghuizen (sterfte, eenzaamheid) en de thuiszorg?
Het roer gaat om
Het kabinet gooit nu het roer om: stapsgewijze afbouwen van de ‘lock-down’-maatregelen en tegelijk maximale inspanning om het virus overal waar het de kop op steekt direct in te dammen door middel van het bron- en contactopsporingsbeleid (BCO) van de GGD’en. Dit beleid moèt succesvol zijn, anders dreigt die ‘Tweede golf’ en krijgen we opnieuw de ‘lock-down’-maatregelen. Gaat dat lukken?
Van BCO naar Lock-Down …
Toen de eerste besmettingen in maart zichtbaar werden, hebben de GGD’en geprobeerd via BCO het virus in te dammen. Al snel bleken de brandhaarden zo omvangrijk te zijn dat dit beleid onuitvoerbaar was. Binnen enkele weken moest de ‘intelligente lock-down’ worden ingevoerd om dreigende ontregeling van ziekenhuizen te voorkomen. De drastische maatregelen hebben gewerkt: het zwarte scenario (niet-medische triage voor IC-opname) is afgewend en het aantal besmettingen, ziekenhuis/IC-opnames en overledenen dalen sterk. De maatregelen waren zeer succesvol, maar de economische en ook emotionele gevolgen voor de burgers zijn enorm. Dat houden we met elkaar ook niet lang meer vol. Daarom gooit het kabinet nu het roer om.
… en van Lockdown weer terug naar BCO
Doel van het kabinetsbeleid was in eerste instantie de ziekenhuizen en intensive-careafdelingen te sparen door besmettingen uit te smeren over de tijd, flatten the curve, tot een vaccin beschikbaar is. Vanaf juni wordt het doel van het kabinet het virus in te dammen door actief BCO, zodat besmettingen niet meer kunnen leiden tot verdere verspreiding van het virus en de ‘lock-down’-maatregelen verantwoord kunnen worden afgebouwd, waardoor ook de economie zich weer kan herstellen. Hiermee sluit het kabinet aan op een pleidooi van Xander Kooijman in Zorgvisie.
Basismaatregelen blijven
De basismaatregelen blijven hoe dan ook overeind: bij klachten blijf je thuis, houdt altijd anderhalve meter afstand, was je handen, hoest/nies in je elleboog. De burger moet nog steeds de instructies van de overheid strikt opvolgen, maar verder ligt de bal nu volledig bij de overheid.
Immers, afbouwen van de ‘lock-down’-maatregelen is alleen verantwoord als het BCO zodanig goed functioneert dat elke besmetting niet meer kan leiden tot nieuwe brandhaarden. Als BCO niet effectief is krijgen we vanzelf weer een nieuwe golf van besmette personen met alle gevolgen van dien voor ziekenhuizen, verpleeghuizen, burgers en de economie. Er hangt dus heel veel van het BCO af!!
Zware opgave voor overheid
Wat is de opdracht waar de overheid nu voor staat? Kan zij die ook waarmaken? Ik noem negen voorwaarden voor het welslagen van het BCO-beleid.
- RIVM heeft een protocol BCO opgesteld. Zie: https://lci.rivm.nl/COVID-19-bco. Dit protocol treedt in werking zodra de GGD de melding van een positief geteste persoon krijgt. Hierin wordt beschreven hoe het contact met deze persoon verloopt, het opsporen van contacten en de noodzakelijke quarantainemaatregelen. Hierin staat onder meer dat de GGD huisgenoten en nauwe contacten van de bron mondeling en schriftelijk informeert over de noodzakelijke quarantainemaatregelen. Van de GGDen heb ik begrepen dat ze dit echter alleen telefonisch en per mail/brief zullen/kunnen doen. Het is de vraag of dit effectief is bij zo’n ingrijpende maatregel als 14 dagen quarantaine. Zou persoonlijk contact niet veel beter zijn? Dit staat ook in het internationale protocol van de ECDPC (European Centre for Disease Prevention and Control)
- Het aantal besmettingen moet laag genoeg zijn om het BCO-beleid ook te kunnen uitvoeren. Door de ‘lock-down’-maatregelen is het aantal besmettingen nu aanzienlijk gedaald. Dit aantal is echter nog steeds kritisch. Iedereen met klachten kan zich vanaf 1 juni laten testen en we weten nog niet hoeveel mensen dan positief zullen blijken te zijn. Kijk ook naar het aantal positief geteste medewerkers van de vleesfabriek in Groenlo: 147. Bij elk van hen moet nu BCO plaatsvinden: kan de GGD dat wel aan?
- Alle 25 GGD’en moeten voldoende capaciteit aan opgeleide mensen hebben om dit BCO uit te voeren. Dit is een enorme opgave. De GGDGHOR heeft een landelijk opschalingsplan gemaakt voor juni-september. Het is nog onduidelijk hoeveel mensen met Coronaklachten zich vanaf 1 juni zullen laten testen. Het RIVM gaat uit van maximaal 30.000 testen per dag, na september nog verder oplopend.. De GGDen verwachten 2-8% positieve testen: maximaal zo’n 2400 BCOen per dag (!). Hiervoor moet hun personele capaciteit uitgebreid worden tot minimaal 800 fte in de regionale GGDen, aangevuld met 2400 fte landelijk in callcentres: 3200 fte! Al deze nieuwe medewerkers moeten in heel korte tijd worden geworven, opgeleid en aangestuurd: een giga-opgave.
- Vrijwillig en vrijblijvend? Zullen mensen met Corona-achtige klachten en symptomen zich wel in grote getale laten testen? We weten dit niet en het is cruciaal voor het effect van BCO dat dit gebeurt, anders hebben we zo weer nieuwe brandhaarden. Je moet moeite doen om getest te worden (afspraak maken, naar de teststraat) en de consequentie van een positieve test is veertien dagen in quarantaine, en dat samen met je huisgenoten: geen aantrekkelijk vooruitzicht! Hoe denken jongeren daarover? En Nederlanders met een migratie-achtergrond. En moeders met kinderen? En ZZPers? En restauranthouders die net weer open zijn?
Helaas heeft de Minister in februari het verplicht melden van ‘het vermoeden op een Coronainfectie’ geschrapt. Dit besluit is overigens – voor zover ik heb kunnen nagaan – nooit officieel gepubliceerd: de verplichting tot melden zou dus formeel nog steeds bestaan(?). Waarom voert de Minister deze meldingsplicht niet alsnog opnieuw in: dat zou helpen om personen, die zich bij klachten niet zelf laten testen toch via de huisarts snel op het spoor te komen. - Het testen moet goed en vooral snel functioneren. Hoe eerder een person met klachten wordt getest en hoe sneller de uitslag bij de GGD is hoe sneller het BCO kan beginnen. Als dit onnodig lang duurt kan de besmette persoon in de tussentijd immers anderen besmetten zonder dit zelf te beseffen. Ik kan niet vinden welke tijdslimieten de GGD hierbij nastreeft.
Xander Koolman (Twitter, 28 mei): “Testafspraak binnen 24 uur, uitslag binnen 48 uur, contact door GGD binnen 24 uur: voor je het weet ben je 4 dagen verder…!” - Apart aandachtspunt is nog de sensitiviteit van de PCR-test, het aantal fout-negatieve uitslagen. Het is mij tot dusver niet gelukt om hier van het RIVM informatie over te krijgen. Het staat ook niet op websites van IGJ, RIVM, GGDGHOR,UMC’s. Immers, als het aantal fout-negatieve uitslagen groot zou zijn (b.v. meer dan 10-15%), dan zou dat betekenen dat veel besmette personen gemist worden, die dan niet in quarantaine gaan en anderen blijven besmetten. (Ik heb daar in eigen kring een aantal voorbeelden van gezien.)
- Quarantaine: Iedereen die positief getest is of die in nauw contact is geweest met een positief getest persoon krijgt het dringende advies 14 dagen in quarantaine te gaan. Hoe zal dat uitwerken: dit is immers voor in principe gezonde mensen een grote inbreuk op hun leven. Kunnen/willen ze dat ook echt doen? In het buitenland worden deze mensen apart ondergebracht, omdat de meeste besmettingen plaatsvinden onder hetzelfde dak. Is dringend advies wel voldoende, maar in hoeverre zijn we bereid dit advies dwingend te maken? Hoe vrijblijvend is het dringende advies om 14 dagen in quarantaine te gaan met je huisgenoten?
- Hoe zit het met inspectietoezicht op de uitvoering van het BCO? BCO in deze omvang en met dit grote maatschappelijke belang is niet eerder uitgevoerd. Er hangt zo veel vanaf. We moeten ongetwijfeld nog veel leren hoe het beter kan. Er zullen ook ongetwijfeld regionale verschillen zichtbaar worden. De vraag is of we deze lessen achteraf zullen trekken of dat het mogelijk is om werkende weg van elkaar te leren en te verbeteren. Ik verwacht dat de GGDen dit zeker zullen doen. Maar ik vraag me af of het toch niet zinvol zou zijn als een externe instantie als de inspectie met haar competentie expliciet toezicht houdt op de uitvoering van het BCO, met als doel om werkende weg bij te kunnen stellen als dat nodig zou zijn.
Suggestie is om per GGD een paar sleutelindicatoren vast te stellen om te bepalen hoe succesvol de uitvoering is. - Communicatiebeleid is essentieel voor draagvlak onder de burgers. Essentieel is dat alle burgers met Corona-achtige klachten zich zo spoedig mogelijk laten testen zodat – bij een positieve uitslag – de GGD direct kan beginnen met BCO. Daarvoor is nodig dat de burger het belang ervan inziet voor zichzelf, maar ook voor zijn omgeving, voor de maatschappij en voor de economie. Vertrouwen in het overheidsbeleid is daarvoor van wezenlijk belang.
Alleen als het BCO-beleid succesvol is, is het verantwoord om de ‘lock-down’ maatregelen verder af te bouwen en weer ruimte te geven aan het bedrijfsleven, de culturele sector, de horeca zodat de economie kan herstellen. Lukt het BCO niet dan heeft de regering geen andere keuze dan het opnieuw afkondigen van ‘lock-down’-maatregelen: iets wat niemand wil.
Een heel grote, maar ook uitdagende opdracht aan onze 25 GGDen!
Dit blog is op 13 mei in verkorte vorm gepubliceerd in het vakblad Zorgvisie
De auteur van dit artikel is Wim Schellekens, voormalig huisarts, ziekenhuisbestuurder en hoofdinspecteur. Hij is docent aan de Guus Schrijvers Academie.