Eens maar nooit weer: semi-(acute) zorg werd afgelopen weken verwaarloosd

Op 17 april van dit jaar is de reguliere zorg weer ‘opgestart’. Was deze dan stop gezet? Nee zeker niet, maar deze was als complicatie bij het uitbreken van de corona pandemie in week 11, op 12 maart, voor veel van de grote specialismen voor een aanmerkelijk deel ‘stil gevallen’.

Er zijn 3 aannemelijke redenen voor deze terugval;

-1- De ziekenhuizen die zelf bij de mobilisatie van capaciteit voor het inrichten van additionele IC’s, afspraken voor electieve behandelingen hebben verzet.

-2- De eerste lijn die minder is gaan verwijzen om de ziekenhuizen niet ‘onnodig’ te belasten.

-3- (Misschien wel niet de laatste plaats) door patiënten die zelf het ziekenhuis zijn gaan mijden.

Ziekenhuiszorg komt weer op gang …

In week 16 is een majeure operatie, onder regie van de Nza, op gang gebracht om in de eerste plaats gefaseerd de ziekenhuiszorg weer op gang te brengen. Daarna wordt dit gevolgd door de overige zorgsectoren zoals thuiszorg, ggz, huisartsenzorg, mondzorg, paramedische zorg en de langdurige zorg. Als startpunt voor de deze operatie hebben zorgaanbieders, zorgprofessionals, zorgverzekeraars, ZorgDomein, het Landelijk Netwerk Acute Zorg en het Landelijke Coördinatiecentrum Patiënten Spreiding (LCPS) hun bijgedragen geleverd aan een dataoverzicht om over een eerste, actuele, indicatie van de uitgestelde zorgvraag als gevolg van de uitbraak van het coronavirus te kunnen beschikken.

… en ook de verwijzingen stijgen weer

Nu blijkt op basis van de nieuwe data die de Nederlandse Zorgautoriteit publiceert in week 18, op 29 april, over de gevolgen van de coronacrisis voor de reguliere ziekenhuis zorg, dat het aantal verwijzingen door de huisarts naar een medisch specialist weer toeneemt en dat het aantal spoedverwijzingen bijna weer terug is op het niveau van voor de coronacrisis.

Spreiding covid patiënten nog niet optimaal

Naast dit algemene landelijke beeld, zijn er nog specifieke maartregelen genomen om te voorkomen dat er regionale verschillen optreden in de toegang tot zorg voor mensen met een vergelijkbare zorgvraag. Daarvoor heeft de NZa samen met veldpartijen als FMS, LHV, NFU en NVZ, afgesproken dat de ziekenhuizen onderling afstemmen waar patiënten terecht kunnen. De ROAZ’s (Regionaal Overleg Acute Zorgketen) moeten dit op regionaal niveau gaan coördineren en ondertussen houdt het Landelijke Coördinatiecentrum Patiënten Spreiding zich bezig met een optimale verspreiding van de covid-19 patiënten.

Semi-acute zorg niet overal beschikbaar en een stuwmeer van electieve patiënten

De levering van acute zorg is nu (week 18) overal geborgd. Voor de  semi-acute zorg is dat niet het geval. Met het oog hierop verplaatst de Landelijke Coördinatie Patiënten Spreiding (LCPS) daarom COVID-19 patiënten naar ziekenhuizen die capaciteit over hebben, zodat de reguliere semi­acute zorg voor alle patiënten binnen hun eigen regio geleverd kan worden.

Het stuwmeer aan planbare electieve zorg (van naar schatting 650.000 verwijzingen en 293.000 patiënten die al op een wachtlijst stonden) zal in de komen maanden ingehaald moeten te worden.

Absoluut dieptepunt voor reguliere zorg

In bovenstaand overzicht zijn de gebeurtenissen opeenvolgend met weeknummers aangegeven. Daaruit, evenals uit de grafieken in het dataoverzicht van de NZa (zie boven), kan worden afgeleid dat de reguliere zorg een absoluut diepte punt tussen de weken 11 en 16 heeft beleefd. Wat betekent dit? Het antwoord licht ik toe met een voorbeeld. Ik verwijs voor de cijfers daarbij naar de bronnen hierboven.

Meer sterfte door hartinfarct

De incidentie van het aantal acute hartinfarcten per jaar in Nederland is 34.000, aldus de  Nederlandse Hart Stichting oftewel ca 1300 per twee weken. In de afgelopen periode liep het  aantal eerste polikliniekbezoeken voor acute hartziekten met 1000 patiënten per week terug. Enig rekenwerk levert op dat hieronder 654 patiënten vallen met een acuut hartinfarct.  Deze 654 patiënten hebben geen acute dotter behandeling ondergaan.  Dat houdt dat ca. 20%  van deze patiënten (=131) t.g.v. een onbehandeld hartinfarct zijn overleden.  Daar bovenop zal naar alle waarschijnlijkheid nog eens een substantieel deel van deze niet gemelde  patiënten een irreversibele hartafwijking (zoals hartfalen) hieraan overhouden.

Eens maar nooit weer

Deze nadere beschouwing van het onthouden van reguliere acute zorg (ook indien dit door de patiënt zelf wordt veroorzaakt) gedurende slechts 2 weken voor slechts 1 levensbedreigende aandoening laat het Volgende zien: bij een tweede COVID19 golf of een andere pandemie vereist het volksgezondheidsbelang dat de reguliere (semi)acute zorg geborgd blijft.

Verantwoording

Dit artikel is geschreven door Lars Naber,  directeur van de Guus Schrijvers Academie. De volledige berekening is op aanvraag beschikbaar. Mail naar larsnaber@guusschrijversacademie.nl

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *