25 mei jl. is het Gelderse huishoudelijke hulp en thuiszorgbedrijf Vérian Care & Clean failliet verklaard. 1.100 thuishulpen zijn in principe hun baan kwijt en duizenden mensen vrezen hun vertrouwde thuishulp kwijt te raken. Is dit een gevolg van de lage tarieven die sommige gemeenten betalen voor de huishoudelijke verzorging?
Faire prijs
Het faillissement bij Verian is exemplarisch voor de huishoudelijke verzorgingsbranche. De concurrentie is moordend en de tarieven staan al jaren enorm onder druk. Het gevolg is dat aanbieders in groten getale failliet gaan. De nieuwgekozen gemeenteraden moeten er scherper op toe gaan zien dat hun gemeente correcte tarieven betaalt voor thuiszorg. Het vorige kabinet heeft een bodemtarief geïntroduceerd. Veel gemeenten houden zich daar nog niet aan. Zij hebben jarenlang voor een dubbeltje op de eerste rang gezeten. Gemeenten hebben de afgelopen jaren ruime ervaring opgedaan met het aanbesteden. Bij de huishoudelijke hulp gaat dat vaak niet goed en letten ze meer op de prijs, dan op kwaliteit en continuïteit. Dat is penny wise, pound foolish.
Signaleringsfunctie
Het gevolg daarvan is dat de dienstverlening verschraalt en de tarieven door een ondergrens gaan. Een huishoudelijke hulp is er niet alleen om de ramen te lappen en te stofzuigen, maar heeft ook een signaleringsfunctie. Bij het schoonmaken van de koelkast moet hij of zij bijvoorbeeld zien dat er een aantal maaltijden van Tafeltje Dekje onaangeroerd staan te verpieteren. Of bij het doen van de was signaleren dat iemand zich niet goed meer verschoont. Als we als samenleving willen dat mensen steeds langer thuis blijven wonen, dan hangt daar ook een prijskaartje aan.
Bewust failliet
Gemeenten moeten niet alleen zorgen voor correcte tarieven in de thuiszorg. Ze moeten ook alert zijn op thuishulporganisaties die er bewust op aansturen om een faillissement aan te vragen, zodat ze daarna een doorstart kunnen maken. Zij gebruiken dit dan vaak als goedkoop alternatief voor een reorganisatie en omzeilen daarmee de Wet Werk en Zekerheid (WWZ). Hiermee voorkomen ze dure afvloeiingsregelingen voor mensen die gedwongen ontslagen worden. Ook mag een werkgever op basis van de WWZ bij een reorganisatie niet alleen de jonge, gezonde werknemers in dienst houden en de rest ontslaan. Bij een faillissement geldt die bescherming niet meer. Wettelijk mag dit misschien allemaal, maar het voelt niet goed. Het riekt naar het omzeilen van de WWZ en het misbruik maken van het faillissementsrecht.