een recensie van het boek van Floortje Scheepers.
Door Jan Berndsen.
Psychiatrie en wetenschap
In haar boek “mensen zijn ingewikkeld” neemt Scheepers ons mee in de wereld van de hedendaagse psychiatrie waarin de wetenschap zich maar moeilijk een plek kan veroveren.
In haar boek beschrijft Scheepers het gesprek,de discussie en soms het gevecht wat gaande is over de vraag of psychiatrie een wetenschap is.
Het kader dat afkadert
Het willen weten en het kunnen duiden lijkt een grote behoefte in de hedendaagse GGZ, met grote gevolgen voor het behandelaanbod. De vraag die wordt gesteld is, of de menselijke geest wel te duiden is. Scheepers gebruikt de begrippen diversiteit en variatie die ruimte kunnen scheppen om de hedendaagse wens tot duiding van problemen in een ander daglicht te stellen.
Het boek is een confrontatie voor hen die doorgaans blij worden van het weten en het duiden van problemen en die na een werkdag thuiskomen met een goed gevoel omdat men denkt te weten wat er aan de hand is. Men heeft het probleem gevangen in een DSM diagnose en hierop volgend kan een behandeling starten.
De context
Het is een thuiskomen voor hen die de menselijke psyche zien als een wereld vol diversiteit en variatie waarbinnen de verklaring van de problemen vaak niet te vinden is. Die ervaren dat het kunnen verdragen van het niet te weten rust en ruimte geeft voor het goede gesprek waarbij ook veel omgevingsfactoren betrokken kunnen worden. Om in die rust een beeld te krijgen van de context van de mens. Want als iets helder wordt in dit boek is dat ‘psychiatrie bedrijven’ alleen resultaat kan hebben als de mens gezien wordt als onderdeel van een systeem, van een wereld om de mens heen waarbij de invloeden van buitenaf net zoveel bijdragen aan de diversiteit van de mens als de menselijk variatie in zichzelf.
Inzicht en gesprek
Scheepers heeft een mooie werkvorm gevonden voor haar boek. Ze combineert wetenschappelijke inzichten met haar eigen (ervaren) overtuigingen als basis voor de hoofdstukken en vraagt dan bij het onderwerp betrokken wetenschappers, hulpverleners en ervaringsdeskundigen daarop te reflecteren. Zo ontstaan mooie verhandelingen waarin het haar lukt combinaties van wetenschap, meningen en eigen ervaringen bij elkaar te brengen.
Hiermee wordt de lezer als het ware uitgenodigd mee te doen aan het gesprek.
Voor geïnteresseerden in de GGZ is het een geschenk om te luisteren naar mensen als Andries Baart, Trudy Dehue, Alan Ralston, Jim van Os en Martijn Kole.