Guus Schrijvers

Welcome to Guus Schrijvers

Verbied verkopen van tabak aan iedereen die geboren is na 2016

Door Wanda de Kanter, longarts en rookstop coach.

Inleiding.

Elk jaar vallen er 20.000 tabaksdoden in Nederland. Dertig procent van alle kanker sterfte is een direct gevolg van roken. Er is geen andere vermijdbare oorzaak van ziekte die zoveel slachtoffers maakt. Tabaksgebruik staat in de top drie van meest ernstige verslavingen: direct na heroïne en crack

Het is een chronische ziekte met terugval. Nu sigaretten duurder worden en de verkooppunten verdwijnen uit de supermarkten, zullen steeds meer mensen willen stoppen met roken. Er komt internationaal nieuwe regelgeving aan en zeer vernieuwend: vijf landen bereiden een wet voor waar een generatie gebonden verbod op het verkopen op tabak wordt ingevoerd: Dat kan betekenen dat aan wie na 2016 is geboren, geen tabak verkocht mag worden.  Bovendien bestaat er een grote kans dat ook Nederland Longkanker screening (in navolging van de Verenigde Staten) invoert, wat alleen met een effectief stoppen met roken traject kan.  Wanda de Kanter, voorvechter van vermindering van tabaksgebruik, bespreekt deze nieuwe initiatieven aan de hand van een overzicht van wetenschappelijk publicaties over stoppen met roken over de periode 1996 -2021. 

Wat is er bekend over de effectiviteit van alle stoppen met roken methodes?

Om een antwoord op deze vraag te geven volgen hieronder de conclusies uit een overzichtsartikel in de JAMA met de titel  Treatment of Tobacco Smoking. Dat kwam uit in februari 2022. De publicatie vat de literatuur samen uit de Cochrane database over de jaren 1996 tot 2021. Hieronder staan vetgedrukt met enige toelichting de belangrijkste bevindingen in het artikel en over de geldigheid van de uitkomsten voor Nederland.   

Tabaksverslaving wordt internationaal vooral gezien bij mensen in de lage sociaaleconomische klasse, bij mensen van kleur, in de LGTBQ-groep en in hiv-populatie. Er overlijden meer patiënten met HIV aan longkanker dan aan AIDS. Trouwens: Van Nederlandse mannen met basisonderwijs/ vmbo tussen de 25-45 jaar rookt 52% tegenover 22% van de mannen met hbo of universiteit in die leeftijd, aldus het CBS.   

Alle Cochrane reviews laten zien dat stoppen met roken het meest effectief is als cognitieve gedragstherapie gecombineerd wordt met medicatie. Gemiddeld is de kans dat iemand stopt en gestopt blijft na 6 maanden met deze combinatie 2 x zo hoog dan na een eenmalig rookstop advies of zonder medicamenteuze ondersteuning. Ruim 70% van alle rokers wil stoppen met roken. Zonder begeleiding is het succespercentage slechts 5-7% na een jaar. Gezondheidswerkers in de breedste zin van het woord zijn de aangewezen verwijzers dan wel behandelaars: zij kunnen het ijzer smeden als het heet is.

De combinatie met Varenicline (Champix) is het meest effectief (na 6 maanden is zo’n 21% gestopt) Dit middel is op dit moment echter al maanden uit de handel omdat er kankerverwekkende stoffen zijn gevonden. De mogelijke bijwerking van de kans op suïcide is sinds 2016 teruggetrokken.  Het oude middel cytisine , vergelijkbaar met vareniclinezal in Nederland vanaf juli 2022 op de markt komen en lijkt even effectief te zijn met dezelfde bijwerkingen. Een goede tweede zijn nicotine vervangers: een pleister voor een continue nicotine spiegel met zo nodig snel een kortwerkende nicotine zuigtablet.

De optie van het combineren kan in theorie een hogere kans op succes hebben.

De e-sigaret is onvoldoende onderzocht in deze setting en de lange termijneffecten zijn nog onbekend. De e-sigaret  wordt  niet aanbevolen als vervanger van de gewone sigaret. In Nederland ondersteunen het Trimbos Instituut en het RIVM  deze visie en maken wij ons vooral zorgen om de grote groep jongeren die hier nu aan verslaafd raakt met een vergroot risico op overstap op de gewone sigaret. In Nederland wordt bij stoppen met roken vooral dual-use gezien: combineren van e -en gewone sigaretten met meer toxiciteit.

Longkanker screening: Omdat longkanker vrijwel altijd in een vergevorderd stadium wordt gevonden is in de Verenigde Staten de grootste studie ter wereld bij ruim 53.000 (ex) rokers uitgevoerd in de leeftijdscategorie van 55 tot 74 jaar en een minimum van 30 pakjaren, klachtenvrij. Deze studie uit 2011 staat bekend als de NLST-studie (National Lung Screening Study). De onderzoeksgroep bestond uit experts van tal van Amerikaanse universiteiten. Deze groep vond een 20% longkanker specifieke daling en een 6,7 % daling in overall mortaliteit. Dit is sinds deze publicatie het basale beleid in de Verenigde Staten. De Nederlandse Nelson-studie  uit 2020 bevestigt deze uitkomsten.  Als de Nederlandse regering deze screening ook in Nederland invoert, kan dit vanzelfsprekend  met de hierboven genoemde evidence based stoppen-met-roken interventie.  Anders valt de potentiële winst van longkanker screening  lager uit.  

Motiverende gespreksvoering is geen behandeling maar gaat aan de begeleiding vooraf: om de ambivalentie van de roker te exploreren en de motivatie om eventueel te willen stoppen te doen toenemen. Dit valt dan ook buiten de scope van dit review, maar wordt wel toegejuicht als voortraject van behandeling van tabaksverslaving. Want dan neemt de kans op een stoppoging toe.

Nederland: Cognitieve Gedragstherapie en vergoedingen daarvoor

Tot zover enkele belangrijke bevindingen van de genoemde internationale overzichtsstudie.

Er is geen reden om aan te nemen dat de cijfers in Nederland anders zouden zijn. Omdat deze overzichtsstudie laat zien dat stoppen met roken interventies die bestaan uit cognitieve gedragstherapie met medicatie effectiever zijn dan een kortdurende begeleiding of een eenmalig rookstopadvies is het gewenst dat 1. voor elke roker deze optie gratis beschikbaar is In Nederland en 2. dat het van elke patiënt bekend is of hij rookt.

 De wisselende expertise en opleiding in de cognitieve gedragstherapie is een punt van aandacht. Ook de vergoeding kan het verschil maken: zeker omdat rokers vaak in armoede leven, dient de rookstop in zowel de eerste als in de tweede lijn volledig vergoed te zijn, zonder eigen bijdrage. Voor de eerste lijn wordt 4 x tien minuten vergoed.

Op dit moment is de langdurige begeleiding slechts in een paar regio’s volledig vergoede zorg: in Almere en in de regio Beverwijk. De goede resultaten   van de rookstop-aanpak in de eerste stad    kwamen in deze Nieuwsbrief al eerder aan de orde. In Beverwijk (mijn eigen werkgebied) is sprake van een 50 procent stop-percentage na een strenge selectie: Zie afbeelding 1.

Roken registreren

De rookanamnese zou in elk EPD  vastgelegd dienen te worden, net als lengte, gewicht en bloeddruk: omdat dit op vrijwel elke ziekte, prognose en kwaliteit van leven invloed heeft. Hier zou ook een verwijzing aan gekoppeld moeten worden. Er dient een stepped care aanpak te komen: na falen van de eerste optie kan een rookstopper verwezen worden voor langdurige begeleiding met of zonder medicamenteuze ondersteuning.

De Rookvrije Generatiewet (RVG-wet)

Om het concept Rookvrije Generatie (2040 : nul procent rokers onder wie jonger is dan 18 jaar en maximaal vijf procent voor 18-plussers ) is een Generatie gebonden wet noodzakelijk: net zoals dit wordt voorbereid in Nieuw-Zeeland, Denemarken en nog een aantal andere landen. Voor de Rookvrije Generatie is er een meerderheid, Voor de wet moet draagvlak gecreëerd worden. Dat ligt nu rond de 50 procent. Dit is noodzakelijk omdat het concept – Rookvrije Generatie (RVG) in 2040 (vastgelegd aan de Preventie tafel van VWS met ruim 70 partners) – door intensieve lobby van de tabaksindustrie nu al niet gehaald kan worden, aldus het RIVM. De RVG in een wet houdt in dat kinderen geboren na 2016, nooit meer sigaretten mogen kopen. In 2035 wordt de minimumleeftijd dat je sigaretten mag kopen 19 jaar. In 2036 20 jaar en zo verder. Op weg naar deze wet zal ieder jaar de prijs van sigaretten met minstens 10 % moeten worden verhoogd en het aantal verkooppunten middels een vergunningstelsel worden beperkt. Dan is deze wet in 2035 haalbaar. Als er op het huidige niveau wordt doorgerookt is zo’n wet niet haalbaar. 

Kortom

Met 20.000 tabaksdoden en een miljoen tabakszieken in Nederland met zo een groot terugvalrisico na behandeling van tabaksverslaving van thans rond de 80 %  zou een generatie gebonden wet op verkoop van iedereen geboren na 2016 de grootste innovatie op het gebied van Volksgezondheid van deze eeuw zijn. Er zou hiermee ook een einde kunnen komen aan de grootste oorzaak van de gezondheidskloof tussen rijk en arm in Nederland.

Anti-rookbeleid in economisch perspectief

door Robert Mouton, bestuursadviseur

Recensie van een onderzoekartikel over de kosteneffectiviteit van beleid gericht op beheersing van tabaksgebruik van adolescenten in 7 Europese landen.

Leao, Teresa, Perleman, Julian, Clancy Luke, et al, Economic Evaluation of Five Tobacco Control Policies Across Seven European Countries, Nicotine Tob. Res. 2020 Jul; 22(7): 1202 – 1209. Het artikel is te lezen op Pubmed.

Inleiding

Er zijn nog weinig economische onderzoeken gedaan op dit gebied en nog minder die de daadwerkelijke implementatiekosten van tabaksontmoedigingsbeleid in aanmerking nemen. Er is ook weinig vergelijkend onderzoek naar de kosteneffectiviteit van beleidsmaatregelen tussen landen. De onderzoekers bepaalden de kosteneffectiviteit van vijf beleidsmaatregelen gericht op rookgedrag: (1) buitenschoolse verboden, inclusief verkoopverboden aan minderjarigen, (2) rookverboden in publieke ruimtes, (3) verboden op reclame op de plek van verkoop, (4) rookvrije scholen en (5) voorlichtingscampagnes op scholen, allen uitgerold in steden in 2016 in Finland, Ierland, Nederland, België, Duitsland, Italië en Portugal.

Opzet

Het artikel heeft een klassieke opzet, met samenvatting, inleiding, een beschrijving van de methodiek, de beschrijving van de bepaling van de effectiviteit, een beschrijving van de analyse van de kosteneffectiviteit, de resultaten (in kosten en in effectiviteit), een uitgebreide discussie met de belangrijkste bevindingen, de interpretatie van de resultaten met een beschouwing over de sterkten en zwakten van het onderzoek en natuurlijk een conclusie. In het kader van deze bespreking wordt niet diep op al deze onderdelen ingegaan: dat doet afbreuk aan de nauwgezetheid waarmee de gevolgde methode in argumentatie, met een simulatieprogramma, statistiek en de bespreking van sterkten  en zwakten, is opgezet. Hier wordt slechts ingegaan op de discussie.

Belangrijkste bevindingen

De kosten van de beleidsmaatregelen variëren tussen de 93.556 euro (Ierland) en 569.918 euro (Italië)  per 100.000 inwoners, voornamelijk afhankelijk van de personele inzet. De effectiviteit op de lange termijn schatten de auteurs in tussen de 1200 gewonnen gezonde levensjaren per 100.000 inwoners voor rookverboden op school(terreinen) (Portugal) tot rond de 20.000 gewonnen gezonde levensjaren per 100.000 inwoners voor buitenschoolse verboden (Ierland).

Maatregelen zijn kosteneffectief wanneer het gewonnen gezonde levensjaar minder dan het bruto nationaal product per capita kost. Dit is een criterium dat de WHO hanteert. De kosteneffectiviteit van alle maatregelen komt ver boven dit criterium uit, hoewel er grote variatie is. Verboden kosten immers minder dan voorlichtingscampagnes. Ook zijn er mogelijk grote verschillen in de wijze van monitoring, bevolkingskenmerken, handhaving, verschillende beginwaarden (rookgedragverschillen), etc.

De auteurs waarschuwen dat sommige maatregelen niet effectief kunnen zijn: waar uitzonderingen worden gemaakt, niet consequent wordt gemonitord of gehandhaafd kunnen ze minder of niet kosteneffectief zijn, zeker als sprake is van een context waar roken gewoon is. Dan is het water naar de zee dragen. Aan de andere kant kunnen breed opgezette antirook-programma’s, gecombineerd met een significante stijging van kosten van tabak, waarschuwingen en ontwenningsmogelijkheden de kosteneffectiviteit verhogen.

In vergelijking met andere keuzen in de zorg, zo stellen de auteurs, is het vreemd dat er soms nog terughoudendheid is in sommige landen. Waarom een duur medicijn toelaten met lage kosteneffectiviteit en nalaten beleidsmaatregelen te nemen met hoge kosteneffectiviteit?

Over de gehanteerde methode zijn vijf opmerkingen door de auteurs geplaatst betreffende de keuzen die gemaakt moesten worden om data te verzamelen en te interpreteren. Ook merken ze op dat de besparingen in de gezondheidszorgkosten die gepaard gaan met het stoppen met roken niet zijn meegenomen.

Conclusie uit het artikel

Alle vijf beleidsmaatregelen in alle zeven landen zijn kosteneffectief. Grootschalige rookverboden scoorden het best in kosteneffectiviteit. Beleidsmakers moeten aangezet worden om preventiebeleid voor roken in te voeren.

Belang van dit artikel

In de public health – wereld is roken haast exemplarisch voor de functie en het nut van public health – beleid en dus ook van de professionals. Er zijn honderden artikelen die de inzet van preventie op het  gebied van roken afzetten tegen het nut in termen van gezondheid. De benadering in termen van economisch nut biedt daarbij een extra onderbouwing: preventieprogramma’s en verboden zijn blijkbaar ook in dat opzicht effectief. Het hanteren van de maatstaf die de WHO hanteert is daarbij behulpzaam. Wellicht dat door dit artikel en artikelen die volgen op het gebied van preventie er ook buiten de professionals en verantwoordelijke beleidsmakers steun ontstaat: bij economisch georiënteerde beleidsmakers.

Een belangrijk signaal moet echter ook gegeven worden in de vorm van een aantal vragen: hoe zwaar mag economische kosteneffectiviteit wegen en mag economische kosteneffectiviteit zelfs de doorslag vormen bij het maken van beslissingen? Zal dit niet alleen in de public health -, maar in de hele zorgwereld en ver daarbuiten niet nog een maatschappelijke discussie vergen?

Waardering in het kader van zorgvernieuwing

De auteurs deden een geslaagde poging om aan te tonen dat er sprake is van kosteneffectieve interventieprogramma’s gericht op het rookgedrag van adolescenten. Het hanteren van de maatstaf van de WHO is daarbij cruciaal. Het onderzoek is breed opgezet, methodologisch verantwoord en met duidelijke en vrijwel eenduidige resultaten. Die resultaten ondersteunen belangrijke public healthbeleid en -doelstellingen. Dit zou kunnen betekenen dat dit soort onderzoek vaker plaats moet vinden, maar een vraag is dan op zijn plaats: moet dan niet (tevoren) duidelijk zijn welke betekenis er aan wordt gegeven?

Het is een relatief nieuwe benadering van het anti-rookbeleid met duidelijke resultaten die van belang zijn voor gevoerd en te voeren beleid. De mogelijke ondersteuning van de gevolgde methodiek voor ander public health beleid neem ik ook in ogenschouw. Ik waardeer het daarom als onderzoekartikel met 4 van de 5 sterren. 

Congresagenda

Op 26 november vindt het congres Financiering van preventie  plaats.  Wil jij nieuwe kennis(sen) opdoen? Wij werken met samen met de SER, de GHOR GGD Nederland, Alles is Gezondheid en de Federatie voor Gezondheid. Klik hier , lees de brochure en meld je aan.