Kindermishandeling en opgroeiproblemen bij peuters wordt eerder opgespoord en vastgesteld via een huisbezoek dan via een bezoek aan een consultatiebureau. Dit blijkt uit een artikel in Preventive Medicine over een gerandomiseerde studie onder jonge kinderen en hun ouders.
Preventieve gezondheidszorg van kinderen vindt in Nederland bijna uitsluitend plaats via consultatiebureaus. In het genoemde onderzoek deden 4.118 kinderen van 18 maanden oud en hun ouders mee. Het onderzoek vond plaats in de provincie Zeeland. De ene helft kreeg een huisbezoek van een jeugdverpleegkundige, die gestructureerde interviews hield met de ouders op basis van een zogenaamde SPARK-analyse. SPARK staat voor Structured Problem Analysis of Raising Kids. De andere helft van de ouders werd tijdens een bezoek aan het consultatiebureau ondervraagd door een jeugdverpleegkundige op basis van de SPARK-analyse.
Verontrustheid
Uit het onderzoek kwam naar voren dat significant meer peuters met verhoogd risico op mishandeling of opgroeiproblemen opgespoord worden via huisbezoeken dan via bezoeken aan het consultatiebureau. Bij de huisbezoeken waren vaker beide ouders betrokken. Dat geldt ook voor de andere kinderen in het gezin. Verder waren ouders in de thuissituatie eerder geneigd hun zorgen over de situatie uit te spreken dan op het consultatiebureau.
Het artikel van Ingrid Staal, Henk van Stel, Jo Hermanns, J.P. Augustinus en ondergetekende in Preventive Medicine kan je hier downloaden.
Voor zowel huisbezoek als consultatiebureau is wat te zeggen. Allebei lijkt me nog beter. Waarnemen is een kunst op zich en kan een interview niet vervangen. Een onaangekondigd bezoek bij vermoeden van mishandeling is nog beter. Beetje babbelen met de buren, met de juf of regelmatig de hond uit laten in de straat kunnen veel opheldering geven.