Het ABC van samenwerking tussen eerste lijn en sociaal domein

Gezondheidscentra hebben de samenwerking met lokale gebiedsteams voor de Wmo en de Jeugd- en Participatiewet hoog op de agenda staan. Veelal werken die centra en teams voor hetzelfde geografische gebied. Bewoners van die gebieden hebben vaak zowel medische- als sociale problemen. Een voorbeeld van zo’n patiënt vind je hier. Bij de samenwerking tussen de eerste lijn en het sociaal domein zijn de volgende punten van belang:

  • Het samengaan van een eerstelijnsteam en gebiedsteam leidt nog niet tot integratie.
  • Samenwerking is vooral zinvol bij herstel na een ernstige somatische behandeling (behandeling na een beroerte), een psychiatrische behandeling of bij verslavingsproblematiek. Dan komen problemen aan de orde als: het vinden van de juiste ondersteuning en thuiszorg, een nieuwe baan, het behoud van inkomen en het vinden van een ander huis. Gedurende de herstelfase bestaat er een groot risico van terugval en het optreden van weer andere klachten. Het gebiedsteam kan dat risico verkleinen.
  • Samenwerking ontstaat alleen als er een gevoel van urgentie leeft bij professionals en beleidsmakers.
  • Samenwerking ontstaan alleen als beide teams dezelfde ambitie en prioritering hebben.
  • Integratie binnen het eerstelijnsteam gaat vooraf aan de integratie met het gebiedsteam.
  • Integratie binnen het gebiedsteam gaat vooraf aan de integratie met de eerste lijn.
  • Integratie van de geestelijke gezondheidszorg (goede POH-GGZ, afstemming met basis GGz en Fact-teams) met de eerste lijn gaat vooraf aan de integratie met de gebiedsteams.
  • De beleidsintegratie van eerste lijn en gebiedsteam vindt plaats op wijkniveau (circa 50.000 inwoners) en de uitvoering daarvan op buurtniveau (circa 12.000 inwoners). Bij beleidsintegratie is van belang: het gezamenlijk hanteren van begrippen (van bijvoorbeeld het begrip dementie), beslisbomen (wanneer verwijst wie naar wie?) en het opstellen van standaardverwijsbrieven (bijvoorbeeld: hoe vraagt een sociaal werker van een gebiedsteam medische informatie aan een huisarts?).
  • Cultuurverschillen en gebrek aan vertrouwen zijn de grootste belemmeringen voor samenwerking tussen eerste lijn en gebiedsteams.
  • De eerste lijn werkt liever samen met gebiedsteams naarmate deze onafhankelijker zijn van de gemeenten.
  • Als gebiedsteam en eerste lijn onder één dak werken bevordert dit de integratie.
  • Verwijzing van cliënten gebeurt niet naar een team, maar naar individuele leden van het andere team (dus: een huisarts verwijst niet naar het sociaal team maar naar een individuele contactpersoon van dat team).
  • Professionals in de eerste lijn en het sociale gebiedsteam weten wat iedereen (ook vrijwilligersorganisaties) hebben te bieden aan dienstverlening.
  • Het is nuttig on een cliënt vanuit verschillende paradigma’s te benaderen. Een cliënt is bijvoorbeeld patiënt, werkloze, vluchteling, laag geletterde of pas ontslagen gedetineerde. Geen enkel perspectief mag domineren. Juist vanuit een veelzijdige benadering ontstaat meerwaarde van de samenwerking tussen het medische en sociale domein.
Masterclass Geïntegreerd Zorgmanagement

Deze leerpunten haal ik uit vier case studies die verschijnen als hoofdstuk 12 van mijn Engelse boek The ABC of Integrated Care: patient Activation, healthier Behaviour and cost Control. Het boek komt over enige maanden uit. De samenwerking tussen medische en sociale domein vormt ook een van de onderwerpen van de Masterclass Geïntegreerd Zorgmanagement die ik samen met oud-hoofdinspecteur curatieve zorg Wim Schellekens geef.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *