‘Ziekenhuizen in de grote stad houden hun afdeling SEH ‘s nachts open, ook al liggen ze op een steenworp afstand van elkaar. Nergens voor nodig.’ Deze uitspraak doet ondergetekende in een interview in het januarinummer van het Vakblad Zorgvisie Magazine. Ik bepleitte dat dergelijke SEH’s bij toerbeurt ’s nachts (van 22.00 uur tot 8.00 uur) open zijn. Bijvoorbeeld Ziekenhuis A tijdens de even en ziekenhuis B tijdens de oneven weken.
Cijfers
Het RIVM constateert dat de dichtst bij elkaar gelegen ziekenhuizen met een afdeling SEH zijn: Utrecht: Diakonessenhuis en UMC Utrecht (2,6 kilometer van elkaar verwijderd), Nijmegen: Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis en Radboudumc (2,9 km), Rotterdam: Erasmus MC en Ikazia ziekenhuis (3,7 km), Den Haag: Haga Ziekenhuis, loc. Leyweg en HMC Westeinde (4,2 km), Den Haag: HMC Westeinde en HMC Bronovo (4,6 km), Amsterdam: OLVG West en MC Slotervaart (5,0 km), Amsterdam: MC Slotervaart en VU Medisch Centrum (5,5 km), Leiden e.o: LUMC en Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp (5,6 km), Rotterdam: Franciscus Gasthuis en Erasmus MC (5,8 km) en Rotterdam: Ikazia Ziekenhuis en Maasstad Ziekenhuis (5,9 km).
Tijdelijk
In het Zorgvisie-interview komen professionals en leidinggevenden aan het woord die mijn voorstel onhaalbaar achten. Zelf zie ik mijn voorstel als tijdelijk: het is te realiseren zonder grote structuurwijzigingen. Ziekenhuis A heeft in de even weken meer omzet en Ziekenhuis B in de oneven. Wel dalen hun kosten. Per ziekenhuis hoeven minder professionals paraat te zijn. Ik ben het ermee eens dan op lange termijn óf A óf B moeten sluiten gedurende de nacht. Dat voorkomt verwarring bij ambulancechauffeurs, taxichauffeurs en burgers die in de nacht met spoed zorg behoeven.
Specialistische zorgfunctie
Een ander aspect is het volgende. Het RIVM meldt einde 2017 het volgende. Nederland telt 94 ziekenhuislocaties met een SEH, waarvan er 89 de hele dag open zijn. De meeste locaties hebben naast een basis-SEH ook een specialistische zorgfunctie voor de behandeling van bijvoorbeeld een beroerte (in 80 locaties), een cardiaal probleem (83) of een acuut aneurysma (56). Ik ben nieuwsgierig hoe de vijf ziekenhuizen (94 minus 89) functioneren met alleen een SEH die open is gedurende een deel van de dag. Er bestaan verder veertien ziekenhuizen die geen spoedpatiënten met een beroerte en elf die geen patiënten met acute hartklachten behandelen. Drieëndertig staan niet klaar voor patiënten met een gescheurde aorta (acuut aneurysma).
Vragen
Lukt het bovengenoemde SEH’s om zich in de praktijk aan deze afspraken te houden? Kunnen SEH’s die in grote steden dichtbij elkaar liggen hiervan leren? Dan zouden zij niet helemaal dicht gaan tijdens de nacht, maar wel voor specifieke groepen patiënten. Wie beantwoordt mijn vraag vanuit de praktijk van SEH’s? Geef hieronder je reactie of stuur een mail naar mail@guusschrijvers.nl.
Beste Guus,
Al geruime tijd geleden is betoogd, dat in Nederland de acute zorg te organiseren is op ca. 40 locaties, waarbij de drie kwartier grens (RIVM) gehuldigd blijft. Goede acute zorg is niet afhankelijk van de bakstenen en/of locaties sec, maar van een goed ingespeeld multidisciplinair team, die veel ervaring heeft en blijft houden.
Dus:eens met jouw analyse, dat er te veel SEH’s zijn en dat ze op sommige plaatsen te dicht bij elkaar gesitueerd zijn. Niet eens om te rouleren over verschillende teams, ondanks het belang van lokale dienstverlening, (productie) belang van professionals en ziekenhuizen en het belang van inkomsten.
Uiteindelijk is de vraag, hoe we het kwalitatief zo goed mogelijk willen doen, hoe we het vervolgens goed organiseren en dan uiteindelijk ook financieren. Daarbij is het ook van belang om acute zorg vanuit de keten te bekijken, van huisadres tot aan traumacentrum.
Met vriendelijke groet,
Huybert van Eck