Guus Schrijvers

Welcome to Guus Schrijvers

Fijnmazig vaccineren: een rol weggelegd voor Nederlandse apothekers 

Door Aris Prins, apotheker en voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP).

Een zelfstandige vaccinatiebevoegdheid voor apothekers past binnen de kennis en kunde van de apotheker als medicatiespecialist en zorgverlener. In het buitenland vaccineren zij daarom al sinds jaar en dag. In Nederland liggen volop kansen. Een succesvolle pilot in Friesland heeft dat in de coronacrisis laten zien. De inzet van een laagdrempelige zorgverlener zoals de apotheker, in de wijk en dicht bij de patiënt, heeft een grote meerwaarde als aanvulling op de grote vaccinatiecentra. KNMP-voorzitter Aris Prins pleit hieronder voor die aanvulling.  

Dagelijkse praktijk in het buitenland 

In ons omringende landen dragen apothekers middels vaccinatie al sinds jaar en dag bij om risico’s op ziektelast te verkleinen. Als we kijken naar de kaart van Europa, zien we dat apothekers van Ierland tot Griekenland, en van Noorwegen tot Portugal, reeds vaccineren. Welke vaccins de apotheker toedient tegen welke infectieziekten, verschilt per land. Om één voorbeeld verder toe te lichten: Ierse apothekers dragen sinds de winter van 2011 bij aan de jaarlijkse griepvaccinatie. Daarbij richten zij zich onder meer op de hoogrisicogroepen die regelmatig de apotheek bezoeken. Het vaccineren doen apothekers complementair aan onder meer huisartsen. En daardoor stijgen de gezette vaccinaties.  

België en Duitsland wijzigden de wet 
Ook tijdens de coronapandemie zetten veel Europese buurlanden volop in op apothekers om hen fijnmazig, in de wijk, dicht bij de patiënt, mee te laten vaccineren. Zo  hebben Britse openbare apothekers  afgelopen jaar 21 miljoen COVID-19-vaccins toegediend. Ook in Duitsland en België is de hulp ingeschakeld van apothekers om COVID-19-vaccinaties te zetten. In een zeer kort tijdsbestek werd zowel bij onze ooster- als zuiderburen de wet daarvoor gewijzigd. De Belgische minister Vandenbroucke (Volksgezondheid) gaf in een radio-interview aan hiermee de drempel voor het coronavaccin te verlagen, en zo twijfelaars of weigeraars over de streep te trekken. In een eerder artikel in deze Nieuwsbrief   schetste  apotheker Marleen Haerms, hoe Belgische apothekers de voorzet leverden voor deze wetswijziging.  

 Nederland: weinig flexibiliteit in uitvoering vaccinaties 

In Nederland liggen dus nog volop kansen. Vorig jaar concludeerde de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) nog dat Nederland ‘weinig flexibiliteit in aanbod en uitvoering van vaccinaties kent’. Er kan volgens dit adviesorgaan niet worden afgeweken van het bestaande stramien, zoals het vaccinatieschema, de locatie en het moment van vaccineren en de zorgverlener die vaccineert. Er worden volgens de RVS kansen gemist door geen vaccinaties aan te bieden via bijvoorbeeld apotheken. 

Vaccineren is voorbehouden handeling 
Het toedienen van een vaccin door middel van een injectie is volgens de Wet BIG een zogeheten ‘voorbehouden handeling’. Het zelfstandig toedienen van vaccinaties is in Nederland toebedeeld aan een selecte groep zorgverleners. Apothekers vallen daar momenteel niet onder. Zij beschikken dus niet over een zelfstandige vaccinatiebevoegdheid. Maar: het is mogelijk om in opdracht en onder toezicht van zelfstandige zorgverleners, bijvoorbeeld artsen, te vaccineren. Dat gebeurde ook op de grote priklocaties. Onder verantwoordelijkheid van een aanwezige arts mochten GGD-medewerkers de vaccinaties toedienen. 

 Grote waardering voor vaccinatie-hulp van apothekers 

Hoewel apothekers in tegenstelling tot hun collega’s in het buitenland niet over een zelfstandige vaccinatiebevoegdheid beschikken, hebben zij toch tijdens de COVID-19-pandemie hun verantwoordelijkheid genomen.  Sinds de start van het COVID-19-vaccinatieproces hebben apothekers in heel Nederland bijgedragen aan het ompakken, vervoeren en het voor toediening gereedmaken van de vaccins. Daarmee oogstten zij veel waardering. Dankzij die hulp werd onder meer spillage van vaccins voorkomen. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) gaf aan onder de indruk te zijn van de ondersteuning. Het is heel positief dat de expertise uit de apotheken breed ingezet wordt in de hele vaccinatiecampagne, schreef de toezichthouder vorig jaar. 

COVID-19: uitgestoken hand vanuit Friesland 
En zo werd ook de inzet van apothekers in Friesland gewaardeerd. Apothekers daar konden zich vrijwillig aanmelden voor priklocaties in diverse Friese steden om te helpen bij het voor toediening gereedmaken van de vaccins. Maar volgens de Friese apothekersorganisatie zat er meer in het vat. De Friese apothekers benadrukten de kansen om je – net als in het buitenland – laagdrempelig bij de apotheek te laten vaccineren. In de wijk, dicht bij de patiënt. De apothekers zagen dat hun apotheek bekend en vertrouwd is, en dat je met persoonlijke aandacht de vaccinatiegraad verder kunt verhogen. 

Apotheker als medicatiespecialist en zorgverlener 

Die gedachtegang van de Friese apothekers sluit aan bij hoe de KNMP al langer aankijkt tegen het vaccineren. Een bevoegdheid past binnen de kennis en kunde van de apotheker als medicatiespecialist en zorgverlener. Allereerst: als medicatiespecialist. De apotheker is de expert als het gaat om de individuele farmaceutische zorg aan cliënten en de werking van geneesmiddelen. Met hun kennis en kunde borgen apothekers veilig en effectief gebruik van geneesmiddelen. Ook vaccins vallen daaronder. Daarnaast: als zorgverlener. Het vaccineren past bij de rol van de apotheker als meest laagdrempelige zorgverlener in de wijk, waar je zonder afspraak eenvoudig binnen loopt.  

November 2021  pilot gaat van start 

Terug naar Friesland. De Friese apothekers spraken dus in 2021 de wens uit om mee te vaccineren. De regionale apothekersvereniging ging samen met GGD Fryslân om tafel over de toegevoegde waarde van fijnmazig vaccineren via de apotheek. Die gesprekken leidden tot een pilot. Demissionair minister De Jonge (VWS) maakte begin november 2021 bekend dat  Nederland die maand voor het  begon met een pilot waarin apotheken worden ingericht als vaccinatielocatie. De pilot had als doel om fijnmazig wijk- en doelgroepsgericht te vaccineren. In eerste instantie zette de GGD Friesland drie apotheken in Sneek in als pop-up locatie. Later die maand ging een pilot van start in een andere Friese apotheek waar apothekers de COVID-19-vaccins zelf toedienden. 

Apotheek had zelfde constructie als GGD-locatie 
Daarvoor was een zelfde constructie nodig als voor GGD-medewerkers die in grote vaccinatielocaties vaccineerden. Apothekers in Friesland mochten in opdracht en onder toezicht van een arts vaccineren. Er werd een overeenkomst opgesteld en getekend met een arts, in de vorm van een bekwaamheidsverklaring en aanvullende werkafspraken. Met de regionale GGD werd eveneens een goede samenwerkingsafspraken gemaakt; over bijvoorbeeld het leveren en bewaren van flacons.  

Pilot had succes 
En de pilot had succes. De conclusie was dat het fijnmazig vaccineren door apothekers in de wijk bijdroeg aan het verhogen van de vaccinatiegraad. De korte reisafstand en het prikken zonder afspraak waren veelvoorkomende redenen voor vaccinatie in de Friese apotheek. 

Over georganiseerd en te veel regelgeving 

Maar: het eenvoudigste in deze pilot was het zetten van de vaccins, stelde de Friese openbaar apotheker Rogier Hilbers. Samen met zijn collega’s initieerde hij deze pilot. Voor de proef in het dorp Oosterwolde moesten dus overeenkomsten worden gesloten tussen de apotheek, de in het gezondheidscentrum gevestigde huisarts en GGD Fryslân. De huisarts, die medisch eindverantwoordelijk was, moest in de buurt zijn tijdens de vaccinatie. Voor de registratie van de vaccinatie in de systemen was tijdens de pilot een GGD-medewerker op locatie nodig.  
Was dat niet wat overgeorganiseerd? Kon dat niet wat minder uitgebreid? Het waren vragen die Kamerleden Aukje de Vries (VVD) en Jan Paternotte (D66) eind 2021 stelden. Zij wezen de minister al langer op de toegevoegde waarde van apothekers bij het vaccineren. De minister gaf zijn ministerie de opdracht mee om verder in gesprek te gaan met de KNMP over het vaccineren door apothekers. 

VWS en KNMP zijn in gesprek 
En die gesprekken tussen de KNMP en het ministerie van VWS lopen momenteel door. Er wordt vanuit het ministerie gewerkt aan een beleidsreactie op de – eerder genoemde – verkenning van het vaccinatiestelsel. Als KNMP zien we graag dat apothekers een grotere rol krijgen bij het vaccineren. Regionale vaccinatiepilots zoals in Friesland kunnen eenvoudig worden uitgebreid. Al moet de opzet ervan een stuk gemakkelijker kunnen. Een zelfstandige vaccinatiebevoegdheid, zoals in het buitenland, is de stap voorwaarts. 

Vaccineren en testen op Covid-19 door Belgische apothekers: dat werkt prima

Door Marleen Haems, opgeleid tot apotheker en directeur Beroepsmanagement bij de Oost-Vlaamse apothekersvereniging KOVAG, gevestigd te  Sint-Martens-Latem.

In België doen apothekers antigeen testen. Dat gebeurt ook in tien andere Europese landen. In 25 apotheken in Brussel dienen artsen en verpleegkundigen vaccinaties toe. Zij bereiken daar burgers die niet naar testcentra gaan. Binnenkort behandelt het Belgische parlement een wetsvoorstel om apothekers toe te staan om zelfstandig te vaccineren. Inmiddels hebben 4600 apothekers het diploma vaccinator gehaald. Marleen Haems is projectleider van de Belgische  Task Force vaccinatie voor apothekers en projectleider Focusdomein Vaccinatie Vlaams Apothekersnetwerk. Hieronder doet zij verslag.

Ondanks voortdurende inspanningen gedurende vele jaren gaat de vaccinatiegraad tegen bijvoorbeeld griep en pneumokokken in België er niet op  vooruit. Integendeel, er is een stagnatie en zelfs een lichte daling in sommige gewesten. Niet zozeer de oudere populatie, maar wel personen onder de 65 jaar met comorbiditeiten die eveneens tot de doelgroep behoren, worden moeilijk bereikt. Dat is ook niet onlogisch: eens gestabiliseerd en bijvoorbeeld de diabetes goed onder controle, voelen patiënten zich niet ziek en komen ze relatief weinig met zorgverleners in contact. Behalve met de apotheker.

Proximiteit benutten

De apotheker is de meest laagdrempelige zorgverlener: iedereen heeft wel eens een apotheker nodig. De drempel voor andere zorgverleners ligt hoger: je moet al een klacht hebben als je een arts consulteert, je moet ernstig ziek zijn vooraleer een thuisverpleegkundige bij jou over de vloer komt. De proximiteit van de apotheker, de ‘nabijheid’, is een troef in de gezondheidszorg die nog te weinig wordt ingezet. Zeker in vaccinatie kan de inzet van de apotheker tot mooie resultaten leiden.

Een apotheek, een goede piste

Een gezond persoon die zich wil laten vaccineren doet daar liefst zo weinig mogelijk moeite voor. Snel, bij een passage in de apotheek, is daarom een goede piste. Niet vooraf je vaccin bij de apotheker te moeten halen en dan naar de huisarts te hoeven gaan, niet hoeven te wachten in de wachtplaats, niet naar een vaccinatiecentrum enkele kilometers verderop te moeten gaan waarvoor je een afspraak moet boeken. Neen, snel even binnenlopen bij de apotheker om de hoek. Dàt is wat mensen aanspreekt en over de streep haalt, zo blijkt uit meerdere recente studies. Of nog anders, als je toevallig in de apotheek komt en de apotheker raadt je een vaccinatie aan, dan is dat toch mooi meegenomen?

In 26 landen vaccineert de apotheker mee

Dat is ook de ervaring in 10 Europese landen en 16 andere landen waar de apotheker al jaren mee vaccineert: vanwege het gemak, kiezen bewoners in deze landen  daarom voor vaccinatie in de apotheek. Poulose en collega’s en Stämpfli en collega’s  publiceerden uitvoerig hierover.  Natuurlijk bestaat ook daar de vrees voor concurrentie van sommige andere zorgverstrekkers. Maar wat blijkt bij Finnegan? Als de apotheker mee vaccineert, dan gaan huisartsen ook meer vaccineren. Gewoon een gevolg van een algemene verhoogde awareness. Bovendien worden juist personen bereikt die voorheen nooit werden gevaccineerd. Een mooie vaccinatiewinst!

Door Covid-19-pandemie ander perspectief

Al deze overwegingen spelen ook in België. Tot en met de vrees voor concurrentie tussen huisartsen en apothekers. Er werden in het verleden al enkele pogingen gedaan om een pilotproject te organiseren maar het strenge juridische kader – dat zelfs gevangenisstraf voorziet indien de apotheker daden stelt waarvoor hij wettelijk niet bevoegd is – spoorde Belgische apothekers aan tot voorzichtigheid en hield hen tegen. De covid-19-pandemie stelde wereldwijd vaccinatie in een ander perspectief: de vaccinatiegraad die als doel werd vooropgesteld om ons uit deze crisis te helpen was een echte uitdaging.

Covid19 leidde in België tot nascholing van apothekers

Overtuigd zijnde dat samenwerking tussen zorgverleners nodig is om de vaccinatiegraad te verhogen, zijn de Belgische instituten voor nascholing van apothekers (IPSA en SSPF) op het voorstel van de sector Task Force Vaccinatie voor apothekers ingegaan. Zij hebben een opleiding tot vaccinator uitgewerkt. Daaraan hebben meer dan 4600 apothekers deelgenomen. Met andere woorden: de apothekers gingen als één man achter deze visie staan.  Zij hebben zich massaal ingezet om de opleiding reeds te voltooien, zelfs zonder dat er op dat ogenblik een wettelijk kader was en zonder garantie dat ‘vaccinatie door de apotheker in de apotheek’ er zou komen. Het signaal was dus duidelijk: een enorme bereidheid om de nodige inspanningen te leveren.

Apothekers draaiden mee in de grote centra

Toch bleef het juridische kader uit. Over het ganse land werd in vaccinatiecentra door artsen en verpleegkundigen gevaccineerd tegen covid-19, terwijl apothekers als farmaceutisch expert in al deze centra de organisatie van bestelling, voorbereiding en gebruiksklaar maken van het vaccin organiseerden. Deze aanpak was in het algemeen succesvol in Vlaanderen. Ze was zeker voor verbetering vatbaar in grote steden waar de toegang tot de gezondheidszorg voor velen een hoge drempel bleek te hebben. Ook in Wallonië bestond ruimte voor verbetering. Daar ligt bereidheid tot vaccineren lager.  Daarom kregen de huisartsen daar en in de grote steden ook de kans in de eigen praktijk te vaccineren en zocht men – voornamelijk in steden – naar alternatieve locaties voor vaccinatie.

Brussel heeft het begrepen

Het hoofdstedelijk gewest Brussel heeft als eerste begrepen wat de nabijheid en het unieke karakter is van het gesprek tussen de apotheker en de burger, en koos de apotheek als zo’n alternatieve locatie. Momenteel wordt er in 25 apotheken beurtelings succesvol gevaccineerd, weliswaar niet door een apotheker maar door een arts en een verpleegkundige. De mensen die men hier bereikt zijn er allen die anders nooit zouden worden gevaccineerd. Het is duidelijk dat dit een loodzware en kostbare procedure is: drie zorgverleners, waar men het met één zorgverlener zou kunnen stellen…

Wetsvoorstel

Kan men nog langer negeren dat een hogere vaccinatiegraad kan bereikt worden door het inzetten van meer vaccinatoren, zoals bijv. de apotheker? Dat is de vraag die op dit ogenblik voorligt voor de Belgische volksvertegenwoordigers in het parlement waar een voorzichtig wetsvoorstel op tafel ligt, dat de apothekers de mogelijkheid geeft te vaccineren tegen covid-19. Hiermee wordt een kleine stap gezet.

Ook het testen door apothekers was een groot succes

Men kan alvast verwachten dat het apothekerskorps deze nieuwe taak naar behoren zal opnemen wanneer de wet wordt goedgekeurd én dat de burgers erop zullen ingaan. Ook bij testen was dit het geval: toen op 12 juli 2021 de apothekers wettelijk de mogelijkheid kregen voor het uitvoeren van snelle antigeentesten in de apotheek werd dit door 2992 apotheken als actieve diensteverlening opgenomen. Tot op vandaag werden er 1.797.227 testen door hen uitgevoerd. Het mag dus duidelijk zijn: de burger vindt zijn weg naar de apotheek wanneer dit type dienstverlening wordt aangeboden.  

Apotheker is medicatie-specialist

Door Guus Schrijvers. 29 oktober 2021.

Apothekers hebben twee functies: medicatie-specialist  en distributeur van geneesmiddelen. Nu ontvangen zij hun inkomen vooral uit die laatste functie. Zij hebben bijvoorbeeld geen tarief   om de nierfunctie vast te stellen, iets wat wel moet bij zo’n tachtig procent van alle geneesmiddelen.  Kennis hierover pikte gezondheidseconoom Guus Schrijvers op tijdens een conferentie in Antwerpen  van Belgische en  Nederlandse apothekers. Die vond op 27 oktober plaats onder de titel De apotheker als behandelaar en als gezondheidsproducent. Op de ochtend van de conferentie kwamen  vooral goede voorbeelden aan bod van farmaceutische zorg die én gezondheid bevorderen én kosten besparen. De middagsessie ging  over de verspreiding daarvan in beide landen door  goede IT-ondersteuning, sensibilieringscampagnes en een geschikte bekostiging.  De  conferentie  had de steun van de branche-organisaties voor apothekers in Nederland (de KNMP) en in België (APB).  Hieronder doet de auteur verslag over de bijeenkomst, die hij samen met de Belgische apotheker Dirk Broeckx voorzat.

Beperk het aantal ziekenhuisopnamen ten gevolge van medicatiefouten

In 2019 toonde een onderzoeksgroep van het UMC Groningen in een wetenschappelijk artikel  aan, dat het afnemen van een nierfunctietest door een apotheker vele opnamen in ziekenhuizen ten gevolge van medicijnenvergiftiging kan voorkomen. Co-auteur Petra Hoogland, clinical pharmacist bij Nederlandse Service Apotheek Beheer, gaf in Antwerpen een update van dit onderzoek.  Het woord clinical pharmacist is het beste te vertalen met de term medicatie-specialist. In engeland is dit een specifieke functie. Hoogland verwierf eerder in haar carrière deze titel.  De onderstaande tekst van ondergetekende  is gebaseerd op dat artikel en leesbaar gemaakt voor niet-economen en voor niet-apothekers.

Antibiotica worden afgebroken door de nieren. Functioneren die niet goed genoeg volgens de test vooraf, dan is de dosering aan te passen, de intervallen tussen de inneming van de medicatie te veranderen of het voorgeschreven medicijn te vervangen door een andere soort. Vroeger had een medisch laboratorium daarvoor enkele dagen nodig. Dat duurt voor de toediening van antibiotica tegen infecties vaak te lang. Tegenwoordig kan dat in tien minuten  binnen een apotheek.  In vakjargon het gaat hier om de bepaling van de creatinine-waarde. Een hoge waarde betekent meestal een verminderde nierfunctie. Uit het onderzoek van de Groningers  was bij 46%   van de patiënten de creatinine-waarde niet bekend: de voorschrijvende arts had geen laboratorium ingeschakeld  om deze te bepalen. Volgens de hiervoor geldende standaard had dit wel gemoeten. Door deze standaard aan te vullen  met een test in de apotheek vóór de terhandstelling, zouden in het kalenderjaar 2016  de kosten van ziekenhuisopname ten gevolge van deze medicatiefout met 20 miljoen omlaag gaan. Voor de berekening hiervan verwijs ik naar het oorspronkelijke Groningse artikel. Ere wie ere toekomt. Het onderzoek werd gestart op verzoek van de groep zelfstandige apothekers die zich bundelen onder de naam Service Apotheek. Ongeveer één op de vijf apothekers is lid van  deze organisatie. Aan het Groningse onderzoek namen 351 apothekers deel. De onderzoekspopulatie telde 88.514 patiënten. Hoogland verwierf grote steun met haar uitspraak Een apotheker zonder nierfunctie is als een kapper zonder schaar.

Belgische apothekers vaccineerden  

De Algemene Pharmaceutische Bond (APB) in België is de zusterorganisatie van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP). Zij startte in 2020 op eigen initiatief met eendaagse opleidingen van apothekers tot vaccinator. De Covid-19-vaccins waren toen nog niet op de markt. Duizenden apothekers volgden de cursussen. Zij speelden maanden later een grote rol in de centra voor massale vaccinnaties die ook in België van de grond kwamen. Ook vaccineerden zij in de eigen apotheken. Zij bereikten dan een ander publiek dan deze centra. Dat was vooral het geval in apotheken gevestigd in buurten met een lage geletterdheid van de bewoners.  

Belgische apothekers bieden ook de gelegenheid om een sneltest op locatie uit te voeren. In Nederland is daarvoor een aparte organisatie opgericht: Testen voor toegang.  Vanwege hun voortvarendheid en eigen initiatieven hebben de Belgische apothekers thans de wind in de rug. Zij ontvangen positieve evaluatie van onderzoeksinstantie. Minister voor Volksgezondheid Frank VandenBroucke komt binnenkort met een wetsvoorstel om de rol van apothekers bij vaccinaties te verduurzamen. Hij had een stafmedewerker verzocht om deel te nemen aan de conferentie op 27 oktober.

Belgische apothekers willen medicatieschema’s op orde hebben

In de vakpers verschijnen vele berichten dat  artsen  herhaalrecepten blijven uitschrijven zonder een extra- tussentijdsconsult. Daardoor blijven soms slaapmiddelen, pijnbestrijdingsmiddelen,  antidepressiva en andere psychopharmaca te lang  voorgeschreven. Ook blijven de diagnosen soms te lang ongewijzigd.  Diverse sprekers in Antwerpen gaven aan, dat zij deze tekortkomingen eenvoudig kunnen signaleren en verhelpen door als standaard uitgeschreven recepten hierop na te kijken, een of meer  consulten te verlenen om af te bouwen en aan artsen bijstelling van diagnosen te vragen.  De map met meer dan veertig publicaties die de deelnemers aan de conferentie ontvingen, bevatte ook tal van beschrijvingen waarin apothekers een grotere en  kosteneffectieve rol  

Het gepresenteerde Vlaamse goede voorbeeld Gemeente op schema  is een initiatief van de APB, lokale huisartsen en apothekers, gemeente Merelbeke (nabij Gent) en de GGD. Alle inwoners die vijf of meer geneesmiddelen per dag gebruiken worden uitgenodigd om hun medicatieschema’s te laten beoordelen. Dit pilotproject loopt vooruit op een landelijke bewustwordingsprogramma. Zoiets heet  in het Vlaams een sensibiliseringcampagne. Initiatiefnemer en apotheker Marleen Haems lichtte in een inspirerende voordracht in Antwerpen dit project toe.

Rol bij overgewicht via de GLI

Twee Nederlandse apothekers, Marianna Abadier en Peter Mourad, gaven in Antwerpen casuïstiek bij het afbouwen of saneren van medicatie, indien overgewicht (bij personen met diabetes en bij verslaving  aan psychoframaca)  in het spel is. Abadier sprak als apotheker zonder apotheek maar met een adviespraktijk in de ouderenzorg. Mourad is aangesloten bij de groep van zo’n 100  Leefstijlapothekers.  Abadier had goede ervaring om bij toepassing van de preventieve Gecombineerde Leefstijl Interventie  ook het medicatieschema te beoordelen. Nog verder ging de Belg Philippe van den Bergh. Hij tracht van een aantal Antwerpse apotheken een gezondheidshuis te maken. Daar kunnen burgers zelf vitale waarden meten  zoals overgewicht, buikomvang, bloeddruk en nierfunctie. Op basis daarvan krijgen zij van de apotheker leefstijladviezen en eventueel sanering of aanpassing van  de medicatie.

Op zoek naar gemengde, beleidsvolle, bekostiging van apothekers

In 2014 kwam het boek Zorginnovatie volgens het Cappuccinomodel van ondergetekende uit. De toepassing daarvan in de farmaceutische zorg staat gepubliceerd  in het Farmaceutisch  weekblad. Op 27 oktober presenteerde ik in Antwerpen een update van dit model. Deze bestond uit  twee toevoegingen. De eerste betrof de geleidelijke vervanging van de tarieven per terhandstelling door tarieven per zorgactiviteit. bij laatste denk ik aan het formuleren van een nieuw basistakenpakket van de apotheker als medicatiespecialist. Dit is werk voor de ABP en de KNMP. Dit pakket wordt bekostigd met een abonnementstarief zoals huisartsen dat ook kennen. Daarnaast behouden apothekers tarieven per specifieke zorgactiviteit, bijvoorbeeld voor het saneren of afbouwen van medicatie. Ook blijft een tarief per terhandstelling gelden, dat op termijn alleen de kostprijs dekt voor  de distributie en opslag van geneesmiddelen. De tweede toevoeging betreft de regel van Innovation Proof Financing.  Ik licht dit toe met een voorbeeld. Als apothekers werken aan het afbouwen van medicatie, gaat hun inkomen omlaag. Want thans worden zij vooral betaald per terhandstelling. Van professionals  mag niet verwacht worden dat zij vol enthousiasme meewerken aan dit afbouwen. Zo werkt een kalkoen ook niet graag mee bij het bereiden van de kerstmaaltijd. Zorgverzekeraars en andere beleidsmakers horen hiermee rekening te houden, willen zij met succes nieuwe activiteiten bij apothekers onderbrengen. Dat kan met een garantie vooraf dat professionals geen inkomen verliezen door mee te werken aan een innovatie. Dat heet Innovation Proof Financing.

Kortom

Hoofd farmaceutische zorg van zorgverzekeraar CZ en apotheker Erik de Blaauw pakten aan het eind van de conferentie de handschoen op. Hij wil graag samen met apothekers overleggen over een andere wijze van bekostiging van de farmaceutische zorg. Daarin moet dan de rol van apotheker al medicatiespecialist  centraal staan.  Topmensen van de KNMP gaven te kennen graag met beleidsmakers en zorginkopers in gesprek te gaan: niet om het inkomen van apothekers te verhogen, maar om een andere , meer beleidsvolle, bekostiging tot stand te brengen.

Apotheker in Almere is farmaceutisch expert

Interview met Apotheker Rob Linde

Apothekers moeten niet alleen controleren of geneesmiddelen worden afgeleverd conform het recept van de huisarts en veilig kunnen worden gebruikt door de patiënt. Belangwekkender is dat zij bijvoorbeeld kennisnemen van de laboratoriumwaarden van belang om risico’s bij geneesmiddelgebruik in te kunnen schatten.   Dan kunnen zij de patiënt en  de arts adviseren om, bijvoorbeeld, de dosis aan te passen, te stoppen met de  kuur of over te stappen op andere medicatie. Hiervoor is nodig dat de apotheker eenvoudig kennis kan nemen van die laboratoriumwaarden, betaald wordt voor dit werk,  één apotheker dossierhouder wordt en ook dat  huisarts en apotheker elkaar kennen. Dan worden de apothekers weer  wat zij al eeuwen is: de expert op het terrein van gebruik van geneesmiddelen. Met woorden van deze strekking start apotheker Rob Linde (62 jaar) het interview, nog voordat ik mijn eerste vraag heb gesteld. Het gesprek vindt plaats als onderdeel van een serie voorbeschouwingen op het congres De Eerste Lijn 2020 – 2030: regionalisatie, zorgvernieuwing en governance.  Dat vindt op 6 maart 2020 plaats in het Stadion Galgenwaard te Utrecht.  Linde werkt in Almere sinds 1988. Eerst in een van de gezondheidscentra van de Zorggroep Almere  en later als (een van de) leidinggevende voor alle Almeerse apotheken (Zorggroep Almere).  Tijdens zijn carrière heeft hij vele kwaliteitsprojecten gedraaid, steeds gericht op het verbeteren en doelmatiger maken van de farmaceutische zorg. Hij stichtte vanuit de eerste lijn  de poliklinische apotheek in het Almeerse Flevoziekenhuis.

Wat je nu vertelde, geldt dat alleen voor Almere?

Nee, we zijn een onderdeel van een brede beweging.  Centraal staat in Almere en elders de landelijke informatiestandaard versie 9  voor het Medicatieproces. Ik hoop dat het Zorginstituut deze binnenkort vaststelt.  De Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP) en het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) hebben deze standaard in de afgelopen jaren voorbereid. Centraal staat de scheiding van informatie over de farmacotherapie en de logistieke levering.

NIctiz heeft hierbij een makkelijk te volgen filmpje gemaakt. Wie precies wil weten, wat de standaard inhoudt, verwijs ik naar de toelichting erop. Ik zeg nu kortweg: Vanwege de medicatieveiligheid betreft de uitwisseling volgens de nieuwe standaard uiteraard de medicatiegegevens maar ook informatie over geneesmiddelovergevoeligheden, contra-indicaties en uitslagen van laboratoriumonderzoek. De standaard bepleit ook bijvoorbeeld het noteren van wijzigingen in doseringen, of het eerder stoppen of juist langer toedienen van medicatie. Hierdoor ontstaat een compleet beeld van de medicatie van een patiënt.  Dat ontbreekt nu vaak. Het is nu zaak dat alle voorschrijvers en apothekers deze standaard omarmen en dat de praktijkautomatiseerders deze zo spoedig mogelijk inbouwen!

Is de standaard al in pilots uitgeprobeerd?

Diverse onderdelen van deze Informatiestandaard zijn of worden momenteel beproefd in Proof of Concepts (PoC) of pilots bij specifieke interacties. Niet alle onderdelen en interacties zijn al beproefd in pilots. Om die reden heeft de Informatiestandaard Medicatieproces als geheel volwassenheidsniveau 2. Onderdelen ervan zitten al op niveau  4. We proberen nu in Almere in samenwerking met onze softwareleverancier de standaard versie 9 in onze software te bouwen. Dat is niet eenvoudig. Want informatie over therapie gaan we scheiden van de logistieke levering.

Als artsen meer informatie  aan patiënten en aan ander professionals in de zorgketen horen te geven, krijgen zij het dan nog drukker?

Wekelijks worden in Nederland meer dan 1.200 mensen in het ziekenhuis opgenomen door medicatie-incidenten. Bijna de helft hiervan is vermijdbaar: ruim 27.000 vermijdbare opnamen per jaar. De invoering van de standaard bij zowel huisarts als apotheker betekent minder opnames en  minder werk voor vele professionals. De overdracht bij goed dossierbeheer gaat, bij toestemming door de patiënt, automatisch.  De apotheker kan verder op basis van deze informatie de huisarts ontzorgen.  Want patiënten komen minder vaak terug op het spreekuur vanwege onveilige medicatiegebruik. Op basis van deze informatie en onderlinge afspraken kan de apotheker meer medicijn gerelateerde problemen zelfstandig afhandelen.  Vanwege jouw vraag ga ik nu alleen in op de werkdruk van artsen. Veel belangrijker aspect is dat de versie 9 veel leed en ongemak bij patiënten tegen gaat.

Als versie 9 overal in Nederland  standaard is, hebben wij dan de ideale farmaceutische zorg?

Nee, ook de betaling van deze zorg moet anders. De KNMP heeft jouw Cappuccinomodel als financieringsgrondslag overgenomen. Dat wil dit zeggen: op dit moment bestaat het inkomen van apothekers voor 85% uit honorering van logistieke arbeid (het schuiven van doosjes) en niet voor farmaceutische zorg.  Wat wij willen is een tarief per ingeschreven patiënt waarvoor de apotheker dossierhouder is, een laag tarief per contact per patiënt en ten derde een toeslag voor zorgvernieuwing. Deze bekostiging lijkt op die huisartsen kennen.

En zijn we er dan wel, in onze dromen?

Nee, nog niet helemaal. Ik zou zo graag zien dat dokters-assistenten en apothekers-assistenten een gezamenlijke balie krijgen in elk gezondheidscentrum. Dan komt de therapietrouw en medicatie veiligheid beter van de grond. Alle herhaalmedicatie en polyfamacie is dan beter af te handelen alsmede preventie beter vorm te geven.

Door deelname van de apotheker als professional in de huisartsenpraktijk kunnen de meer complexe situaties rondom medicatie in elkaars verlengde worden opgepakt. Dan wordt het farmacotherapeutisch overleg intensiever en interactiever. Wij experimenteren hiermee in Almere.

Waarover moet het congres op 6 maart vooral gaan?

Ik hoop dat farmaceutische behandeling centraal staat en niet zo zeer de logistieke innovatie. Natuurlijk is een robot die de nachtdienst doet een prachtige innovatie, jij schreef daarover onlangs in je Nieuwsbrief. Maar deze raakt niet de kern van het beroep van apotheker.

Ik zie graag dat vele congresdeelnemers de sessie bezoeken van Erik Mijnhardt, apotheker te Nijvendal en bestuurder Twentse Apothekers Organisatie (TAO). Daarbij zijn 121 apothekers werkzaam in 67 apotheken in Twente aangesloten. Hun missie is het realiseren van verbindende, betere farmaceutische zorg. Onze missie in Almere lijkt op die van de TAO. We zijn echt een landelijke beweging van voorschrijvers en apothekers!

Congres Agenda

Op 6 maart vindt in het stadion Galgenwaard het congres  plaats over de eerstelijn in de jaren 2020- 2030.  Daarin komen tal van goede voorbeelden zoals Twente (zie hierboven)  aan de orde zoals hierboven genoemd. Klik hier voor meer informatie en inschrijving.