Guus Schrijvers

Welcome to Guus Schrijvers

Een au pair voor je demente moeder: is dat wat?

Het Belgische bedrijf Seniorcare24 organiseert hulp in huis voor mensen die dementeren. Daartoe leggen ze contact met Bulgaarse en Roemeense vrouwen die dan komen inwonen in het huis van de dementerende. Vaak is er voldoende plaats voor die inwoning. Het is een degelijk bedrijf en de vrouwen zijn competent. In de meeste gevallen wonen zij in, totdat de dementerende overlijdt. Eigenlijk is er dus sprake van au pairs, niet voor kinderen maar voor dementerenden. Per dag zijn deze au pairs waarschijnlijk goedkoper dan een dag wonen in een verpleeghuis. Bekijk hier de website van het bedrijf.

Chronische- en ouderenzorg

Ik pikte deze informatie op tijdens een werkbezoek aan Brussel op vrijdag 25 januari 2013. Daar overlegde ik met collega’s over nieuwe vormen van chronische zorg en ouderenzorg. Sinds vrijdag denk ik na over deze innovatie. Ik ben er niet uit of Nederland au pairs voor dementerenden moet bevorderen. Wat vind jij hiervan?

Zorgpakket 4 van AWBZ naar Wmo: tasten in het duister

Zij kunnen niet voor zichzelf zorgen. Zij kunnen geen gesprek voeren. Herkennen tijd en omgeving niet meer. Veel van deze mensen wonen in verzorgingshuizen en in instellingen voor mensen met een verstandelijke handicap.

Eigen bijdragen

De AWBZ betaalt hun verblijf, begeleiding en verzorging. Zij vallen in wat heet zorgzwaartepakket vier. De regering wil dat pakket vier in 2014 of 2015 overhevelen naar de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. (Wmo). Maar verblijf moeten de bewoners voortaan zelf betalen. En ook de eigen bijdragen voor begeleiding en verzorging gaan omhoog. Die worden zo hoog voor rijke mensen, dat die goedkoper zelf begeleiding en zorg kunnen inkopen. Mensen die nu al in een instelling of verzorgingshuis verblijven mogen van de oude AWBZ regeling gebruik blijven maken.
Ik zie goede en slechte kanten aan dit voorstel: Het voorstel past in het denken om zo lang mogelijk thuis te blijven en zorg in de buurt te verlenen. Sinds twintig jaar daalt het aantal plaatsen in verzorgingshuizen zowel absoluut als per 1.000 75-plussers. Dit voorstel stimuleert deze trend.

Ontbrekend onderzoek

Wat ik slecht vind is dat er geen onderzoek plaats vindt naar de gevolgen ervan. Hoeveel mensen in instellingen krijgen pakket vier? Hoe is dat verdeeld over Nederland? Wat is de in- en uitstroom van patiënten/cliënten van verzorgingshuizen en instellingen voor gehandicaptenzorg? Hoeveel zouden een hogere eigen bijdragen kunnen betalen? Wie kan zelf huur betalen? Zonder deze getallen is de transitie van pakket vier naar de Wmo tasten in het duister. Ik spreek hierover op het congres over recente ontwikkelingen in de AWBZ en Wmo op het terrein van bekostiging, keukentafelgesprekken, bezuinigingen en indicatiestelling. Dit congres wordt georganiseerd door de Julius Academy op vrijdag 5 april 2013, in De Reehorst te Ede. Wil jij naar dit congres? Klik dan hier.

Huisarts en specialist: partner of tegenpartij?

Engelse huisartsen krijgen per 1 april de formele bevoegdheid om ziekenhuiszorg in te kopen. Een groep van bijvoorbeeld vijftig huisartsen koopt dan een x-aantal heupoperaties in. Zij gaan dat doen voor de basiszorg. Nationale instanties kopen zeldzame, ingewikkelde en zeer dure ingrepen in.

De Britse overheid wil de know how benutten van huisartsen die zij hebben vanwege hun vele contacten met specialisten. Het overheidsbeleid is erop gericht de huisarts in de driver’s seat te zetten van de National Health Service. Door dit beleid worden huisartsen en specialisten elkaars tegenpartij. Van de huisartsen doen ongeveer een kwart con amore mee. De helft ervaart de inkoopplicht als bureaucratie en wil zich niet bemoeien met ziekenhuizen. Het laatste kwart is tegen. Dit zijn huisartsen die voorzien dat er schaarste en wachtlijsten komen voor specialistische zorg. Daar willen zij als inkoper geen verantwoording voor dragen. Al deze informatie pikte ik op tijdens een werkbezoek aan het King’s Fund Centre in Londen.

Partnermodel

In de USA is het Obama care-beleid erop gericht huisartsen en ziekenhuizen in één organisatie onder te brengen: de Affordable Care Organization (ACO). Huisartsen en specialisten vormen daarbinnen één medische staf. De ACO stelt prioriteiten tussen preventie, cure en care, tussen eerste- en tweedelijn. Artsen blijven veelal zelfstandig ondernemer. Hier worden huisarts en specialist partner. In Nederland is de lange termijn relatie tussen huisarts en specialist onduidelijk. Specialisten doen zelden mee in huisartsen zorggroepen voor chronische zieken. Innovatieve zorgorganisaties met huisartsen en specialisten in één staf ontbreken. Zelf kies ik voor het partner model.

Ketenzorg congres

Wie zich met mij hierover wil scholen, nodig ik uit om naar het ketenzorg congres in Berlijn te komen op 11 en 12 april 2013. Daar is Obama adviseur en Triple Aim bedenker Maureen Bisognano aanwezig. Ook spreekt Chris Ham, directeur van het wereldberoemde King’s Fund Centre en sinds jaren adviseur van de Britse regering. Lees hier meer over het Ketenzorg congres of download de congresbrochure.

Is specialist in opleiding een moderne slaaf?

Ze maken zestig uren per week, vaak ook in nachtdiensten. Ze werken gratis door op hun vrije dagen. Ze hebben niets in te brengen bij hun bazen. Wie protesteert, kan vertrekken. Wie kritisch is, krijgt een negatieve referentie en komt niet meer aan de slag na zijn afstuderen. Wie een cursus wil volgen, mag dat niet, of moet deze zelf betalen. Wie afstudeert en aan een baan komt, betaalt een hoge overnamesom. Of zit thuis. Of werkt als vrijwilliger zonder inkomen om toch maar de bevoegdheid te behouden. Want er is werkloosheid onder jonge urologen, chirurgen, internisten en radiologen.

Klokkenluider

Deze informatie tekende ik dezer dagen op uit de mond van een medisch specialist in opleiding, in vakjargon AIOS geheten, een Arts-Assistent In Opleiding tot Specialist. Betrokkene is bestuurslid van de AIOS- vereniging van een groot ziekenhuis en komt op voor de AIOS-belangen. Er bestaan zo’n veertig van deze verenigingen: één per opleidingsziekenhuis. Mijn gesprekspartner wil anoniem blijven: een klokkenluider komt nooit meer aan de bak.

Mijn reactie was de volgende: ‘Ik word hier boos van. Dit is onrechtvaardig. Dit is geen meester-gezelrelatie maar een meester-slaafverhouding. Als dit alleen in jouw ziekenhuis gebeurt, is dat één ziekenhuis te veel. Bovendien: een overwerkte AIOS maakt eerder fouten dan een AIOS die lekker in zijn vel zit. In jouw ziekenhuis staat de veiligheid van patiënten onder druk.’

Grotere instroom

Ik heb de betrokkene het volgende aangeraden, ik zeg het hier in telegramstijl: Kom gezamenlijk met de andere verenigingen tot een goed voorstel, waarbij de instroom van jonge specialisten groter wordt. Gevestigde specialisten gaan dan minder verdienen en korter werken. Dan zijn zij ook eens om zes uur thuis. De overnamekosten moeten voor rekening komen van het ziekenhuis. Ook jullie eigen startersinkomen gaat omlaag. Een modern idee is het opzetten van een meldpunt-website waarop AIOS’en hun negatieve en ook positieve ervaringen tijdens de opleiding kwijt kunnen. Dat kunnen zij doen anoniem of met naam en toenaam. Daarop vooruitlopend nodig ik Aios’en uit om hieronder hun ervaringen met mij te delen.

Verzorgingshuizen lopen leeg

Sinds jaar en dag staat de scheiding van wonen en zorg op de beleidsagenda van regering, parlement en tal van beleidsinstanties. Want de AWBZ is voor zorg en niet voor wonen. De zittende regering tracht deze scheiding te realiseren door hoge eigen bijdragen te vragen voor verblijf in verzorgingshuizen en verpleeghuizen. Die worden voor mensen met een modaal of hoger inkomen zo hoog, dat vele partners en kinderen zich gaan inspannen om thuiszorg zo te arrangeren dat ernstig behoeftige mensen toch thuis kunnen blijven wonen. Want thuis betaalt men een veel lagere eigen bijdrage. Dit houdt in dat vanaf 2014 verzorgingshuizen leeg gaan lopen. Die trend is nu al zichtbaar.

Hoge eigen bijdragen

Dit leeglopen is een gewenst gevolg van het beleid van een aantal achtereenvolgende  regeringen en van vele beroepsgroepen: zorg dichtbij huis en zo lang mogelijk thuis, dat willen we toch? Ook verpleeghuizen krijgen te maken met de gevolgen van de hoge eigen bijdragen voor verblijf. Want mensen met somatische aandoeningen zullen zo lang mogelijk thuis willen blijven. Wat resteert zijn dementerenden. Want die vragen bij zwerfgedrag en apathie zo veel zorg en bewaking, dat thuiszorg niet meer is op te brengen, ook niet voor de rijkeren onder ons.

Congres AWBZ en Wmo

Deze voorspellingen doe ik bij het Julius Centrum op het congres over recente ontwikkelingen in beleid, veld en onderzoek van de AWBZ en de Wmo, dat de Julius Academy organiseert op vrijdag 5 april in de Reehorst te Ede. Wil jij in één dag op de hoge raken van al die ontwikkelingen? Kom dan naar dit congres.

Congres over toegang tot AWBZ en Wmo (5 april 2013)

Jarenlang verschenen in beleidsnota’s van VWS trotse grafieken met daarin steeds lagere kosten per indicatie. Het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) werd, zo leek het, steeds doelmatiger: indicatiestellers gingen meer telefonisch indiceren. Steeds vaker lieten zij het indiceren over aan zorgaanbieders. Intussen ontwikkelt de toegang tot de AWBZ zich totaal de andere kant op. Wmo consulenten gaan juist wel op huisbezoek en voeren keukentafelgesprekken om de eigen kracht van een familie rond een cliënt goed te inventariseren. En van mandateren van Wmo-toekenningen aan aanbieders van diensten en zorg willen gemeenten niet weten. Wat is wijsheid? Goedkoop telefonisch de toegang regelen? Of juist niet en aan de keukentafel goed doorpraten? Wat is nu penny wise and pound foolish?

Deze vraag komt uitvoerig aan de orde bij diverse sprekers op het congres ‘Recente ontwikkelingen in beleid, veld en onderzoek van de AWBZ en de Wmo’ op 5 april in congrescentrum De Reehorst in Ede. VWS-topman Bert Holman en CIZ voorzitter Daan Hoefsmit beginnen als spreker over de toegang tot de Wmo respectievelijk de toegang tot de AWBZ. Daarna komen innovaties in de toegang tot de wet maatschappelijke ondersteuning aan de orde met VNG-voorvrouw Janny Bakker en senior-organisatie adviseur Stefan van den Oever.

Gemeenschappelijk medisch toegangsprotocol

De ochtend sluit af met een debat tussen huisartsen, klinisch geriaters, indicerende artsen en specialisten ouderengeneeskunde. Zij krijgen de vraag voorgelegd of een gemeenschappelijk, medisch toegangsprotocol tot AWBZ en Wmo mogelijk is. Een KNMG-commissie is thans (december 2012) bezig om de medische afstemming binnen de ouderenzorg te verbeteren. Wellicht is er op 5 april een tipje van de sluier op te lichten. Ik zal deze forumdiscussie voorzitten.

De middag bestaat uit drie sessies. Achtereenvolgens komen financiële innovaties (sessie 4), veldexperimenten (sessie 5) en innovaties van het College voor Zorgverzekeringen aan bod (sessie 6). In sessie 4 (financiële innovaties) houd ik zelf een lezing. Het congres eindigt om half vijf. Wij verwachten dat jij dan moe en voldaan bent en onder de indruk van de aangereikte up-to-date kennis. Deelnemen? Meer info? Klik dan hier.

Geen bewijs dat ‘minder zout’ hartinfarct en beroerte voorkomt

Sinds eind jaren zestig vindt een heftig wetenschappelijk en maatschappelijk debat plaats of meer zout in voeding zoals chips, patat en soep leidt tot hogere bloeddruk, meer hartinfarcten, meer beroertes en meer sterfte. In die ruim veertig jaar vonden tientallen studies naar deze verbanden plaats. Vier gezaghebbende, achtereenvolgende literatuur studies van het Cochrane Center hadden als conclusie dat er geen bewijs bestaat voor de relatie minder zout, meer gezondheid.

Zoutreductie in voeding

Er bestaan artikelen die deze relatie wel en die deze relatie niet aantonen. Beide soorten artikelen zijn geschreven door onderzoekers met en zonder banden met de voedingsindustrie. Ik kom tot deze conclusie na lezing van een zeer recent artikel van Newyorkse onderzoekers van de Mailman School of Public Health van de Columbia University. De onderzoekers wijten het gebrek aan bewijs aan tekort schietende onderzoeksmethoden (onder meer te kleine groepen en te weinig nametingen) en verkeerde uitkomstmaten. Over de gehele wereld is het overheids- en medisch beleid gericht op vermindering van de zoutinname. De auteurs bepleiten dat overheden en instanties hun verantwoordelijkheid nemen en dan maar eventueel zonder overtuigend bewijs toch zoutreductie in voeding blijven nastreven. De opzoekgegevens van het artikel zijn: Bayer R. et al, Salt and Public Health: Contested science and the challenge of Evidence-based decision making, Health Affairs, december 2012, pp 2738-2746.

‘Meer gezondheid per Euro’

Ik stuitte op dit artikel bij het schrijven van hoofdstukken twee en drie van mijn nieuwe boek ‘Meer gezondheid per Euro’. Die hoofdstukken gaan over preventie. Ik had willen pleiten voor een zoutaccijns, waardoor producten met veel zout duurder worden, wat leidt tot minder aankopen. Dat pleidooi ga ik toch maar niet houden. Totdat het overtuigende bewijs van ‘minder zout, meer gezondheid’ wel gevonden is. Ik ben overigens gezondheidseconoom en geen expert op het terrein van voeding. Wie meent dat de conclusies van Bayer en collega’s onjuist zijn, nodig ik uit om hieronder te reageren of via mail@guusschrijvers.nl. Mijn boek komt in 2014 uit.

Vlaamse huisartsen werken met digitale wachtkamer

Met een SMS of via internet een afspraak maken met je huisarts? Na een consult zelf een nieuwe afspraak regelen in de praktijk-kiosk? Twintig minuten voordat je kunt binnenlopen een seintje krijgen van je huisarts dat je over twintig minuten aan de beurt bent? Dat kan allemaal bij Vlaamse huisartsen. Hoe het precies werkt vind je hier.

Ik pikte deze informatie op tijdens een gesprek met een ervaren Belgische verpleegkundige die mij raadpleegde voor haar studie. Zij is enthousiast over dit systeem, dat ergernis voorkomt vanwege lang telefonisch in de wacht hangen. En als het afspraak spreekuur uitloopt, kun je tenminste even weg. Het is voor de eerste keer dat ik verneem van die digitale wachtkamers.

Ken jij Nederlandse huisartsen die ook werken met een digitale wachtkamer? Weet jij of het systeem in België inderdaad goed functioneert? Laat het me weten!

IFIC-congres Ketenzorg (11 en 12 april 2013)

Wat is de beste bekostiging voor ketenzorg, een koptarief, een keten-DBC of populatiegebonden bekostiging? Dit is de eerste van vier vragen die centraal staan op het dertiende ketenzorg congres van de International Foundation of Integrated Care (IFIC). Dit congres vindt plaats op donderdag 11 en vrijdag 12 april in Berlijn.

De andere drie vragen zijn: Welke patiënten hebben baat bij een disease management programma en welke bij een breed programma voor kwetsbare ouderen? In welke situaties heeft een gefuseerde instelling respectievelijk een netwerk de voorkeur als organisatievorm voor ketenzorg? Hoe kan je een effectieve lobby naar regeringen en parlementen op zetten om wetgeving en bekostiging aan te passen ter ondersteuning van ketenzorg?

Mijn lezing gaat over de beste bekostiging van de ketenzorg. In het programma staan alle genoemde vragen toegelicht. Deelnemers kunnen tot eind januari 2013 een abstract aanbieden van een lezing die zij in een parallelsessie willen houden. Meer info? Aanmelden? Surf naar de totaal vernieuwde IFIC-website.

Populatie gebonden bekostiging helpt Europese zorg door financiële crisis

In Nederland mogen de kosten in ziekenhuizen in 2013 maximaal 2% stijgen. In Engeland is dat nul procent. In Spanje zitten deze instellingen op een krimp percentage. Waarschijnlijk gaan deze en andere Europese landen voor alle sectoren (zoals eerstelijn en geestelijke gezondheidszorg) maximale groei of zelfs krimppercentages hanteren. Als dat gebeurt, gaan sectoren moeilijke patiënten doorschuiven naar een andere sector. De eerstelijn gaat bijvoorbeeld te vroeg verwijzen naar de geestelijke gezondheidszorg. Of ziekenhuizen gaan te vroeg patiënten ontslaan naar een verpleeghuis. In de economische theorie heet dit gedrag verantwoordelijkheden afschuiven en afwentelen. In zorgonderzoek bestaat de term patiënten dumping.

Populatiegebonden bekostiging
Om dit te vermijden kunnen Europese regeringen beter populatie gebonden bekostiging hanteren ofwel global budgeting. Hoe dat moet, kun je lezen in mijn artikel voor het International Journal of Integrated Care. Lees hier het artikel.